Corona zorgt ook voor een dip in de bezetting van parkeergarages, maar Rolf Oostendorp van Interparking blijft positief: ‘Over tien jaar zijn er nog steeds auto’s.’
Door Lucas Ligtenberg
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 3, 26 maart 2021
Door de coronamaatregelen gaan shoppers minder winkelen, wordt er meer thuisgewerkt en is daarmee het aantal bewegingen met de auto afgenomen. Gevolg is dat het gedurende de lockdown-periodes in de parkeergarages minder druk is. Toch ziet de branche dat volgens Rolf Oostendorp, ceo van Interparking, als iets van voorbijgaande aard. In de zomer van 2020 was bijvoorbeeld duidelijk herstel te zien. Voor partijen als Interparking zijn langetermijnkwesties eigenlijk net zo belangrijk. Wat is de toekomst van het autobezit? Hoe gaan we om met de verhouding tussen auto en openbaar vervoer? Zullen steden de auto meer uit het centrum gaan weren?
Soepele verbindingen
Oostendorp is al meer dan 20 jaar werkzaam in de sector en een gesprek met hem gaat al snel over ‘kolommen’ en ‘tweezijdige wokkels’. Enthousiast vertelt hij over de afwezigheid van pilaren in parkeergarages van Interparking en over soepele verbindingen tussen parkeerlagen. Een parkeergarage ontwerpen is een vak, vindt hij, dus functionaliteit staat voorop. Helaas moet hij constateren dat de parkeergarage regelmatig nog de sluitpost is bij een project. Dat is jammer, want als je in een vroeg stadium een operator toevoegt aan het ontwikkelingsteam, wordt het wat het moet zijn: eenrichtingsverkeer, liefst geen kolommen, zebrapaden die de bezoeker naar de uitgang leiden, duidelijke bewegwijzering, maar geen overmaat aan borden. Als je veel vangrails ziet, is er iets fout gegaan.
Oostendorp kwam bij Interparking toen het nog maar op 20 locaties in Nederland actief was. Nu zijn dat er bijna 130, met in totaal ruim 58.000 parkeerplekken. Een kleine 20% daarvan is voor eigen risico, 80% heeft het bedrijf in beheer. Het aandeel eigen risico groeit, en dat maakt een bedrijf volgens Oostendorp sterker. Toch zal Interparking zich in Nederland ook blijven focussen op beheerlocaties.
Vertrouwen in de toekomst
Interparking begon ruim 60 jaar geleden in België en is inmiddels actief in negen Europese landen. Interparking exploiteert en ontwikkelt parkeervoorzieningen, maar beheert ook parkeerlocaties voor diverse opdrachtgevers. Bij ziekenhuizen, zoals Ziekenhuis Rijnstate in Arnhem en het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch. Maar ook voor grote commerciële partijen en vastgoedbeleggers zoals Bouwinvest, Klépierre en Unibail-Rodamco-Westfield. Een teken van groot vertrouwen in de toekomst van het bedrijf was de belegging door APG, uitvoerder van pensioenfonds ABP, in 2019. Het pensioenfonds, bij uitstek een langetermijninvesteerder, is nu voor 39% aandeelhouder. Meerderheidsaandeelhouder is AG Insurance, dat genoteerd staat aan de beurs in Brussel.
Opvallend aan Nederland is dat gemeenten een groot gedeelte van het parkeren in handen hebben. Zo hebben Delft, Groningen, Leiden en Rotterdam eigen parkeerbedrijven, die dan in sommige gevallen het beheer wel weer uitbesteden, onder meer aan Interparking. ‘Gemeenten houden zelf de controle, maar zoeken dan wel een professionele partij om mee samen te werken en kopen daarmee dienstverlening in’, zegt Oostendorp.
Volwassen parkeermarkt
Nederland kent een relatief volwassen parkeermarkt. Toch zijn er kansen om nieuwe projecten te verwerven. Naast Interparking en Q-Park zijn er in Nederland ook andere Europese en lokale spelers actief, zoals Apcoa en BKS Parking.
Het is het meest interessant om uit te breiden in steden waar Interparking al faciliteiten heeft. De dienstverlening en organisatie zijn dan al lokaal aanwezig en kunnen gemakkelijk worden uitgebreid. Het bedrijf heeft in de vier grote steden parkeergarages, maar bijvoorbeeld ook in Groningen (17), Zoetermeer (8) en Assen (7). In steden als Eindhoven, Nijmegen, Tilburg en Maastricht is Interparking in het geheel niet aanwezig. Meerdere partijen hebben over de afgelopen decennia een bepaalde geografische positie verkregen. Zo heeft Q-Park zijn oorsprong in Limburg en staat het hoofdkantoor in Maastricht.
Interparking exploiteert in Rotterdam de parkeergarage van de Markthal. Ook relatief nieuw is parkeergarage Boulevard, direct aan de boulevard en het strand van Scheveningen. Samen met parkeergarage Museumkwartier bij het Haagse Voorhout en IJDock in Amsterdam zijn dit de paradepaardjes van Interparking, dat intussen niet stilzit. Het kocht eind vorig jaar parkeergarage Lijnbaan in Rotterdam van Dela Vastgoed, een aankoop die begin januari werd gemeld. Deze laatste garage huurt Interparking al sinds 1970.
Rendement
In principe wil elke exploitant of beheerder van parkeergarages elke plek zo veel mogelijk bezetten. Het is als met vliegtuigstoelen: volle bak is het best voor het rendement. Dus wie lang van tevoren reserveert, kan voor € 10 een hele dag parkeren in Amsterdam, maar wie direct een plek nodig heeft, betaalt aan de inrit het standaardtarief. Bij parkeergarages spelen echter ook andere overwegingen, zoals klantgerichtheid en beleving. Interparking heeft enkele grote ziekenhuizen als klant en het laatste wat de ziekenhuizen en hun bezoekers willen, is dat de patiënt of bezoeker moet zoeken naar de laatste parkeerplek of dat er zelfs een tekort zou zijn. ‘We faciliteren bezoekers en moeten tegelijkertijd toch een bepaald rendement maken’, zegt Oostendorp. ‘Maar mensen komen niet voor hun plezier naar een ziekenhuis, en als ze dan ook nog eens nauwelijks hun auto kwijt kunnen, hebben ze een slechte ervaring.’
Over de toekomst van het parkeren wil Oostendorp realistisch zijn. Berichten over het verdwijnen van de auto zijn volgens hem prematuur. ‘Twee auto’s per huishouden is niet abnormaal’, zegt hij. ‘En auto’s zijn er over tien jaar nog steeds.’ Belangrijke bezwaren lijken weg te vallen door elektrificatie van het wagenpark en slimme software. Hiermee worden auto’s minder vervuilend en veiliger. ‘Verder spelen onze parkings in op de behoefte om ruimte terug te geven aan de bewoners van de stad. Door parkeerplaatsen ondergronds weg te werken, kunnen op straat groenvoorzieningen en parkjes worden gerealiseerd.’
Over Rolf Oostendorp
Rolf Oostendorp (1971) studeerde Technische Bedrijfskunde aan de HTS Rijswijk en volgde aansluitend een opleiding Industrial Sales van een jaar bij Hogeschool Rotterdam. Hij trad daarna in dienst bij Nashuatec, het huidige Ricoh, en verkocht kopieermachines. In 2000 kwam hij bij Interparking terecht, waar hij invulling gaf aan Business Development. In 2014 werd hij directeur en drie jaar later ceo van Interparking Nederland.
Over Interparking
Interparking, opgericht in België in 1958, is in 415 steden in 9 Europese landen actief. Het bedient 956 parkeervoorzieningen en is in grootte de derde van Europa. In Nederland is Interparking in diverse segmenten actief in 35 steden, waar het 127 parkeervoorzieningen overziet met 58.681 parkeerplekken, zoals stedelijke centra, in en nabij winkelcentra, bij toeristische trekpleisters, op kantoorlocaties, bij zorginstellingen en luchthavens.
Gerelateerde artikelen:
