In het eerste kwartaal werd 26% van de woningen verkocht voor een prijs die hoger lag dan de taxatiewaarde, meldt hypotheekadviseur Frits na onderzoek onder 6.300 mensen.
Ruim een kwart van de huizenkopers moest dus eigen geld bijleggen, omdat maximaal 100% van de taxatiewaarde wordt gefinancierd. Frits nam ook de starters onder de loep en die bleken vorig jaar (nog afgezien van de kosten koper) gemiddeld € 29.000 te moeten bijleggen als de koopsom boven de taxatiewaarde lag. Dat is minder dan in 2023, toen starters nog € 33.000 aan spaargeld moesten meebrengen.
Oppassen met overbieden
Het aandeel woningtransacties waarbij de taxatiewaarde lager ligt dan de koopsom neemt toe als de huizenprijzen stijgen. Bij dalende prijzen daalt dit aandeel juist weer. Thomas de Leeuw, oprichter van Frits, adviseert starters dan ook uit te kijken bij overbieden: ‘Zorg dat je de financiële ruimte hebt als de taxatie tegenvalt.’
Frits wijst ook op het opnemen van het juiste bedrag in het financieringsvoorbehoud. ‘Stel: een koper biedt € 500.000 en beschikt over € 30.000 eigen geld. In dat geval kan in het koopcontract worden opgenomen dat de koop onder voorbehoud is van het verkrijgen van een hypotheek van € 470.000. Valt de taxatiewaarde lager uit dan € 470.000, en komt de financiering daardoor niet rond, dan kan de koper zich beroepen op het voorbehoud – en voorkomt zo een boete van 10% van de koopsom.’