Hoge Raad zet vastgoedmarkt en fiscale wetgeving op zijn kop

De Hoge Raad gaat twee prejudiciële vragen aan het (Europese) Hof van Justitie stellen over een btw-geschil.

Bij de verkoop van 77 verhuurde appartementen door een projectontwikkelaar aan een belegger is er een geschil of hij € 2,2 mln aan btw is verschuldigd over de koopprijs van € 12,7 mln. De Hoge Raad heeft vandaag in een tussenuitspraak besloten twee prejudiciële vragen aan het (Europese) Hof van Justitie te stellen. Dat zeggen Gerton Rademaker en Bas Carrière van Dirkzwager Legal & Tax, die de procedure namens de projectontwikkelaar voeren, in deze blog.

Al met al komen Rademaker en Carrière tot de conclusie dat de tussenuitspraak van de Hoge Raad een enorme impact zal hebben op de vastgoedmarkt en dat de Wet OB 1968 zal moeten worden aangepast. Het is hun verwachting dat, ongeacht de antwoorden van het Hof van Justitie, de eindconclusie in de aan de Hoge Raad voorgelegde zaak zal zijn dat de verkoopprijs van € 12,7 mln niet kan worden belast met btw.

Vanwege de grote impact die de (tussen)uitspraak voor de vastgoedmarkt heeft, geeft Dirkzwager maandag om 12 uur een live webinar.