Vorm en Oudendal Groep kunnen door met de bouw van drie woontorens in Leiden. De Raad van State heeft het protest van een moleneigenaar die vreest minder wind te vangen afgewezen.
Eigenaren Vorm en Oudendal Groep gaan de bestaande kantoorpanden aan de Schipholweg 66 tot en met 128, tegenover de Achmea-kantoren, slopen. Daarvoor in de plaats komen drie torens die een combinatie van woningen en kantoren gaan herbergen onder de naam De Lakenpoort. In totaal moeten er 782 woningen komen, waarvan een kleine 200 sociale huur, zo meldt de gemeentewebsite.
Windvangers
De gemeente heeft eind vorig jaar het bestemmingsplan vastgesteld, maar daar is protest tegen aangetekend door onder meer de eigenaar van de bijna een halve kilometer verderop gelegen zaagmolen De Herder. De torens worden maximaal 62, 73 en 90 meter hoog. Daarmee beperken ze de windvang en het zicht voor de molen, vindt hij, want ze komen ten zuidwesten van de molen te staan. De Hollandse wind waait het meest uit die richting.
Hoge bomen vangen ook wind
Volgens de gemeenteraad komen de torens ruim buiten de zogeheten molenbiotoop, op 450 meter afstand. Bovendien is er nu ook geen vrije windvang en vrij zicht: er staan hoge bomen, er lopen spoorwegen en er staan al diverse gebouwen. Volgens een onderzoek leidt de geplande hoogbouw tot een inperking van de windvang van 0,0% tot 2,0% van de tijd of tot een afname van 0,0% tot 6,7% van het bruikbare windaanbod.
Buiten de biotoop
De moleneigenaar wilde het project per direct laten stilleggen. De zaak is daarom beoordeeld door de voorzieningenrechter van de Raad van State. Die stelt vast dat er geen voorwaarden gelden voor het kunnen realiseren van bebouwing en beplanting in het plangebied omdat het zich buiten de molenbiotoop bevindt. 'De voorzieningenrechter ziet in het aangevoerde onvoldoende aanknopingspunten voor de conclusie dat de raad zich niet redelijkerwijs op dit standpunt heeft mogen stellen.' Daarbij betrekt de voorzieningenrechter de resultaten en conclusies van het windonderzoek, dat aangeeft dat de gevolgen voor de windvang beperkt zijn. Een door de bezwaarmaker ingebracht Sweco-rapport geeft als voornaamste advies de windvang uitgebreider te beschouwen.
De voorzieningenrechter ziet daarom geen reden om voor het plan te gaan liggen, ook omdat er met andere maatregelingen verbeteringen kunnen worden aangebracht, zoals het verwijderen van (te) hoge beplantingen en groen nabij de locatie van de molen.
