Zonder ruimte voor automobilist bloedt binnenstad dood

Autoluw beleid is een ramp voor de retail en ook voor de complete binnenstad. Dit betoogt retaildeskundige Hans van Tellingen die en passant ook met nieuwe data komt over het aandeel “auto” in de retailomzet.

Het autoluw maken van binnensteden en andere winkelgebieden, inclusief het verwijderen van parkeerplaatsen, staat hoog op de politieke agenda’s. Het klinkt mooi, maar dat is het niet. Het leidt vaak tot méér verkeersbewegingen, doordat consumenten naar een nabijgelegen binnenstad of winkelgebied afreizen waar er géén sprake is van autoluw beleid. Ook resulteert het in veel minder retailomzet en dan gaat dat niet alleen ten koste van de retailers, maar ook ten koste van de gehele binnenstad.

Omdat er onlangs niet geheel kloppend onderzoek is uitgevoerd, waarmee het belang van de auto op de retailomzet in de binnenstad op incorrecte wijze wordt teruggedrongen, krijgt het autoluwe beleid echter wél een steun in de rug.

Autoluw beleid

Onderzoek van Platform Binnenstadsmanagement toonde in eerste instantie aan dat de auto wel degelijk goed is voor 54% van retailomzet. Echter zijn daarna de uitkomsten verkeerd doorgerekend. Het belang van de auto in de retailomzet werd op onjuiste wijze naar beneden bijgesteld, van 54% naar 36%. En dit verminderde belang van de auto, waar juist géén sprake van is, wordt nu door veel gemeentebesturen ge-/misbruikt om het ingezette autoluwe beleid te versnellen.

Aan de hand van Strabo-onderzoek in 72 winkelcentra en winkelgebieden in de periode 2018-2023, komen wij tot andere conclusies. Gemiddeld komt 46 procent met de auto naar een winkelcentrum/-gebied/binnenstad. Dat is goed voor 61 procent van de retailomzet.

Wijkwinkelcentra en stadsdeelcentra behalen percentages, die net even onder het totaalgemiddelde liggen. Centra, die als perifeer of retailpark zijn te beschouwen, behalen immens hoge percentages van 80 procent dat met de auto komt en deze bezoekers zijn verantwoordelijk voor 91 procent van de retailomzet. Logisch uiteraard, omdat deze centra volledig op auto’s zijn ingericht.

Autobezoekers aan de binnenstad besteden nóg meer dan autobezoekers aan andere centra

En wat zijn de percentages voor de binnensteden? Gemiddeld komt hier 38% van de bezoekers met de auto en dat is goed voor 55% van de retailomzet. Binnensteden behalen percentages (auto-/omzetaandelen) die net even onder het totaalgemiddelde liggen, net als wijkwinkelcentra en stadsdeelcentra. Maar opvallend is dat de bezoekers die met de auto de binnenstad bezoeken relatief nóg meer besteden dan de bezoekers die andere winkelgebieden bezoeken per auto.

Juist in de binnensteden heeft met name de ‘niet-dagelijkse retail’ (kleding, schoeisel, et cetera) het nog steeds moeilijk doordat veel gemeenten inderdaad inzetten op een autoluwe binnenstad, waarbij zelfs verkeerd doorgerekende onderzoeken als onderbouwing hiervoor gebruikt worden. Kwalijk. Want naast de 'place to buy', zal ook de 'place to be' onder druk komen te staan en een gemankeerde binnenstad is het gevolg.

Place to be

Iedereen mag daar een mening over hebben. Dus ook de mensen die de binnenstad autovrij of autoluw willen maken. Weet echter dat dat een grote negatieve invloed heeft op de retailomzet in de binnenstad. En zonder een goed functionerend retailapparaat zal de binnenstad als geheel ook achteruit hollen. Het gaat wel degelijk om de ‘place to buy’, anders valt de ‘place to be’ terug naar een lager niveau met minder sociale samenhang, slechter functionerende culturele voorzieningen en een teruglopend bezoekersaantal. Andere, nabijgelegen, binnensteden (en stadsdeelcentra) met een betere autobereikbaarheid en betere parkeervoorzieningen zullen dan profiteren, maar de binnenstad met een auto-onvriendelijk beleid zal lijden.

Want met minder omzet daalt ook de totale attractiewaarde van de binnenstad scherp. De binnenstad is geen museum, maar dient een vitale plek te zijn waar geconsumeerd moet worden. Als je echter alle ballen op de binnenstad wilt gooien is een goede autobereikbaarheid een absolute randvoorwaarde. Anders bloeden onze steden dood.

Hans van Tellingen is directeur van winkelgedragsonderzoeker Strabo bv, is sociaal geograaf en auteur van onder andere de boeken ‘Retail is Mensenwerk’ en ‘Waarom Stenen Winkels Winnen'.