ANALYSE: Feyenoord nu van stenen naar benen

Feyenoord heeft een definitieve streep gezet door het huidige plan om een nieuwe stadion te realiseren aan de Maas. Van meet af aan ging de dans tussen de gemeente en de voetbalclub om de gebiedsontwikkeling Feyenoord City nooit echt van harte.

Met het gisteren door Feyenoord verkondigde besluit dat de voetbalclub de stekker trekt uit het plan voor een nieuw stadion komt voorlopig een einde aan ruim 15 jaar vruchteloze plannenmakerij. Al in 2006 adviseerde een commissie onder leiding van wijlen Feyenoordspeler en bestuurder Gerard Kerkum dat er een nieuw stadion moest komen waarin de club, ook buiten de wedstrijden om, meer geld kon verdienen.

Alternatieve plannen

Voor het nu afgeschoten plan het licht zag in 2016 passeerden eerst nog andere varianten de revue. Al in 2008 wordt er gedroomd over een stadion dat met zijn voet in de Maas ligt. In 2012 lag er nog een plan van Volker Wessels om een nieuwe stadion met 63.000 plaatsen te realiseren op de trainingsaccommodatie Varkenoord, aan de overkant van de Coen Moulijnweg. In de tussentijd zien er ook nog een paar vernieuwbouwvarianten het daglicht, waarbij de huidige Kuip wordt uitgebreid en gemoderniseerd.

Al deze varianten halen het niet. Nog maar net bekomen van de financiële crisis worden de plannen als onhaalbaar (nieuwbouw) of als suboptimaal (vernieuwbouw) weggezet. In 2017 keert de variant  nieuwbouw aan de Maas terug, maar dan als onderdeel van een totale gebiedsontwikkeling Feyenoord City. Behalve een nieuw stadion voor de voetbalclub moeten er in en rondom de Stadiondriehoek in ieder geval 3600 nieuwe woningen komen, plus nog wat horeca, winkels en kantoorruimte.

Vliegwiel voor Zuid

Ook de gemeente omarmt het plan waarin het een vliegwiel ziet voor een grote sprong voorwaarts van Rotterdam-Zuid. Redelijk soepel geeft gemeenteraad toestemming om namens de stad 40 miljoen euro te steken in een nieuw stadion, nog exclusief de aanschaf van de benodigde grond en andere infrastructurele investeringen die nodig zijn voor een veilige bouwlocatie en een ontsluiting. In eerste aanvang stokt de teller voor de stichtingskosten van het nieuwe stadion bij 444 miljoen euro.

Aanvankelijk lijkt alles in kannen en kruiken. Goldman Sachs is al aangehaakt als financier van de plannenmakerij. Ook andere partijen die willen financieren haken aan. Zo wil stichting De Verre Bergen - van HAL-familie Van der Vorm -  24,5 miljoen euro steken in het stadion, waarbij gratis toegang tot de wedstrijden voor kinderen uit arme gezinnen, het wisselgeld is. Ook is er dan al een Stichting Gebiedsontwikkeling aan de Maas (Stigam) die gestaag steeds meer grond opkoopt.

Onvrede over business case

Binnen de club ontstaat er echter steeds meer twijfel over de plannen. Waar Feyenoord nu zelf nog de kaartjes verkoopt voor zijn wedstrijden en de Kuip huurt van Stadion Feijenoord, zou het in het nieuwe stadion enkel de vaste bespeler zijn en daarvoor een ‘theatervergoeding’ krijgen. Er is gemor over het basisscenario waarbij Feyenoord 17,5 miljoen euro per seizoen krijgt, niet of nauwelijks meer dan de club in het oude stadion overhoudt aan spelersbudget. De toezegging dat dit bedrag op kan lopen tot 25 miljoen euro, als de mooie scenario’s in de business case uitkomen, wordt als te rooskleurig ingeschat.

Toch stemt de gemeenteraad eind 2020 in met het bestemmingsplan en geven ook Feyenoord en Stadion Feijenoord (als opdrachtgever) aan door te willen met het plan. De impact van het coronavirus op de financiële situatie van de club en het stadion is dan echter nog maar nauwelijks te overzien. In de zomer van 2021 vragen de opdrachtgevers om uitstel omdat de prioriteit eerst ligt bij het overleven van de pandemie. Bovendien zijn op dat moment de bouwkosten al fors gestegen wat de business case doet wankelen. Het is niet de eerste keer dat er om uitstel wordt gevraagd, want in 2019 gebeurt dat ook onder het mom van een trage verwerving van de grond en vertraging in het vergunningstraject.

Oplopende bouwkosten

De Rotterdamse Rekenkamer, met in het achterhoofd de financiële ellende voor de gemeente met het Warmtebedrijf en het Schiekadeblok, is inmiddels ook wakker en waarschuwt de raad op basis van de huidige voorwaarden niet definitief in te stemmen met een nieuw stadion. De lokale politiek wordt eind vorig jaar geholpen door bouwbedrijf BAM dat zich terugtrekt als bouwer omdat de bouwkosten op dat moment al tientallen miljoen hoger dreigen uit te pakken dan oorspronkelijk begroot.

Het geeft de gemeente de tijd om het heikele dossier over de gemeenteraadsverkiezingen heen te tillen. Feyenoord houdt in de tussentijd de plannen en de opnieuw ingediende alternatieven maar weer eens tegen het licht. Het voorkeursscenario voor een nieuwe Kuip wordt door het ingehuurde onderzoeksbureau op dit moment als onhaalbaar gekwalificeerd; de andere, minder wenselijke alternatieven ook. Reden voor Feyenoord om er nu definitief een streep door te zetten. De conclusie is even voorspelbaar als logisch, want als de bouwkosten eind 2021 als te hoog worden beoordeeld zal dat na een paar maanden oorlog in Oekraïne en de daarmee gestaag oplopende inflatie niet veel beter zijn.

Aanpassing bestemmingsplan?

Voor zowel de opdrachtgevers als de gemeente is het uithuilen en opnieuw beginnen. Feyenoord blijft voorlopig in de Kuip spelen en zal zich eerder focussen op benen dan op stenen, wetende dat de grote rivaal uit Amsterdam het succes ook hoofdzakelijk te danken heeft aan een profijtelijke verkoop van talentvolle voetballers en de lucratieve deelname aan de Champions League. Wel zullen club en stadion acuut aan de slag moeten met het achtergebleven grootschalige onderhoud van De Kuip. En dan is er nog de hypotheek op het stadion van Goldman Sachs van pakweg 24 miljoen euro die nog terugbetaald moet worden.

Hoewel de gemeente zich gesterkt weet door een sterke vraag naar woningen in de stad en het dankzij Stigam al de nodige gronden tot zijn beschikking heeft, is een autonome grootschalige woningbouwontwikkeling geen kwestie van het verschuiven van de legoblokjes. De ontwikkeling van een nieuw stadion, en daaraan verbonden voorwaarden en andere elementen, is altijd beschouwd als een onlosmakelijk deel van de gebiedsontwikkeling Feyenoord City. Of na het cancelen van het nieuwe stadion het bestemmingsplan Feyenoord City overeind kan blijven, is iets waar vermoedelijk het nieuwe college zich over mag gaan buigen.