Donderdag 8 juli beslist de gemeenteraad van Rotterdam over de toekomst van Feyenoord City, het paradepaard van burgemeester Aboutaleb en de nieuwe directeur van het stadionproject, Roel Vollebregt.
Roel Vollebregt verdiende zijn sporen bij projectontwikkelaar AM, maakte de overstap naar de raad van bestuur van BAM en kreeg daar de schuld van een aantal mislukte infrastructurele projecten. Hij kent dus het klappen van de zweep van complexe ontwikkelingen, kostenoverschrijdingen en ruzie met opdrachtgevers.
Die ervaringen zullen in het niet vallen bij project Feyenoord City. Daarvoor staat € 441 mln in de boeken. Het project verhit de Rotterdamse gemoederen tot het kookpunt. Feyenoord-supporters zien hun club en De Kuip teloorgaan door de ambities van burgemeester Aboutaleb.
Al meer dan vier jaar gekissebis ligt aan deze Rotterdamse donderdag ten grondslag. In 2017 gaf de Rotterdamse gemeenteraad akkoord voor de gebiedsontwikkeling ‘Op Zuid’ met 3700 nieuwe woningen, winkels en horeca plus als trekker een nieuwe voetbaltempel voor Feyenoord. Dit plan zou de achterstandswijk moeten transformeren in een hypermodern waterfront-project met als kroon de voetbaltempel van de Johan Cruyff van de architectuur, Rem Koolhaas.
Als de gemeenteraad donderdag zijn fiat wil geven moet het project aan een aantal voorwaarden voldoen. Aan verschillende voorwaarden is nu nog niet voldaan, melden de consultants van Deloitte en de Rotterdamse Rekenkamer.
Het antwoord ontbreekt zelfs op de meest simpele vraag: wat kost het? Er zijn bouwkosten berekend zonder kennis van de recente hausse in prijzen van bouwmateriaal. Vollebregt weet als geen ander dat zijn vroegere baas, de beoogde bouwer van het stadion BAM, er niet over zal peinzen om te gaan bouwen voor prijzen van vervlogen tijden.
Maar zelfs met die prijs (€ 401 mln) begint de dekking van het project stadion steeds meer gaten te vertonen. De zoektocht naar risicodragend kapitaal door institutionele beleggers is mislukt. Er zou wel een achtergestelde lening kunnen worden verkregen, maar welke partij dat doet is nog niet bekend. Vreemd is dat er een internationaal infrastructuurfonds wordt genoemd, zonder naam en adres, terwijl de normale Rotterdamse ondernemers toch voor elk bv’tje hun hele doopceel moeten lichten.
Daarnaast is er voor financiering een beroep gedaan op grote Rotterdamse ondernemers. Die zijn best bereid hun stad verder te helpen, maar niet voor dit project. De belangrijkste vastgoedman in Rotterdam is Aat van Herk. Hij is na het bestuderen van de plannen tot de conclusie gekomen dat er een alternatief moet worden ontwikkeld met behoud van de monumentale Kuip. Hij heeft hier op persoonlijke titel miljoenen voor gealloceerd, maar het Rotterdamse stadsbestuur heeft hem als een hinderlijke horzel op een zijspoor gezet. Ook veel andere Rotterdamse ondernemers hebben meer sympathie voor de alternatieven dan voor het ‘waterfront’-project.
Voor de gemeente Rotterdam voelt het project al als een rijdende trein, die nauwelijks meer te stoppen is. Voor landaanwinning is al € 60 mln gereserveerd. De infrastructuur krijgt uit een andere pot € 35 mln. Met die bedragen lijkt de beslissing van de gemeenteraad donderdag voor al dan niet € 40 mln aandelenkapitaal niet meer zo groot. Hopelijk beseffen de stemmers in de gemeente dat je aandelen niet alleen moet afrekenen, maar dat ze ook verplichtingen scheppen.