Column Abdessamed Azarfane: Een nieuw loket levert nog geen nieuwe woningen op

Het is te gek voor woorden dat écht samenwerken, open en transparant zijn nog steeds niet de norm is, vindt columnist Abdessamed Azarfane.

Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 7, 7 juli 2023

We zijn nog steeds in de ban van de woningcrisis. De roep om 900.000 woningen klinkt nog steeds door de speakers, alleen lijkt de overtuigingskracht langzaam in volume omlaag te gaan. De realiteit heeft intussen ook minister De Jonge bereikt. We gaan de komende jaren niet meer, maar juist minder woningen bouwen. Als het met de nieuwe betaalbare voorraad (nog) niet lukt, dan verschuiven we de focus naar de bestaande voorraad, zullen ze op het ministerie gedacht hebben. En daar was de nieuwe huisvestingswet.

Ik ben voorstander van vrijwel alles wat deze wet beoogt: betaalbare woningen beschikbaar stellen en houden voor specifieke doelgroepen die dat het hardst nodig hebben. We kennen inmiddels alle verhalen over verplegers, onderwijzers en agenten. Daar komen nu ook de dorpelingen bij die worden verdrukt door de ‘rustzoekers’ uit de randstad en daardoor niet meer ‘op het dorp’ kunnen blijven wonen.

Het komt allemaal op hetzelfde neer: we hebben een tekort aan woningen, de markt is afgekoeld, lopende ontwikkelingen stagneren en er komen te weinig nieuwe woningen bij. Maar een nieuw loket levert nog geen extra woningen op.

Het enorme zelfvertrouwen en de daadkracht die minister De Jonge tentoon spreidt vind ik bewonderenswaardig en is wat mij betreft het type leiderschap dat deze crisis nodig heeft. De opeenstapeling van (ogenschijnlijk losse) maatregelen en het gebrek aan opvolging, doorpakken en evaluatie vind ik minder sterk. We lijken te vergeten dat de overheid (vooral gemeenten en provincies) minstens zo verantwoordelijk is voor de aanwas van nieuwe woningvoorraden, maar er niet in slaagt om haar rol te vervullen door capaciteitsgebrek, uiteenlopende belangen, gebrek aan samenwerking en politieke verdeeldheid. Tegelijkertijd lijkt er wel capaciteit te zijn voor het verlenen van vergunningen inzake de huisvestingswet.

Het is een omgekeerde wereld, en wederom een perverse reflex. Alleen zien dit keer niet de marktpartijen (zoals zo vaak) de spelregels tijdens het spel veranderd worden, maar moeten particuliere huiseigenaren in het sociale segment het ontgelden. De focus op kortetermijnwinst gaat mijns inziens regelrecht ten koste van de duurzame langetermijnoplossing.

Het volkshuisvestelijke instrumentarium is onderhevig aan vernieuwing, al heb je de volledige ontmanteling daarvan niet in een paar jaar teruggedraaid. Gemeenten hebben al enorm veel invloed op projecten en kunnen middels huisvestingsverordeningen al veel langer invloed uitoefenen op woningbouw in het voordeel van specifieke doelgroepen. Ze vullen het ‘wensenmandje’ van de ontwikkelaar bij nieuwbouw ook maar al te graag. Die invloed stagneert natuurlijk als ontwikkelingen stilvallen en er geen nieuwe woningen bijkomen. Gemeenten en provincies ontwikkelen en bouwen de woningen immers niet zelf.

In plaats van de focus te verleggen naar de bestaande voorraad, zouden gemeenten juist nu meer lef kunnen tonen en kunnen doorpakken in samenwerking met ontwikkelaars en bouwers. Zo kunnen ze kansrijke ontwikkelingen zodanig herstructureren dat deze wél gerealiseerd kunnen worden.

Dat vraagt om maatwerk. Het is te gek voor woorden dat écht samenwerken, open en transparant zijn naar elkaar en bovenal een gedeeld gevoel van eigenaarschap nog steeds niet de norm is. De Startbouwimpuls komt er gelukkig al voor projecten die aan de vooravond van realisatie staan, maar de ontwikkelingen die tussen initiatiefplan en omgevingsvergunning staan zijn daar niet mee geholpen. Juist in deze projecten is het nog mogelijk het programma en de planvorming te optimaliseren zonder al te veel vertraging. Dit zijn bij uitstek de projecten die op korte en middellange termijn in extra woningen kunnen voorzien, waarmee we een échte bouwcrisis kunnen vermijden.

Misschien wordt het tijd dat minister De Jonge zijn pijlen voor nieuwe maatregelen niet richt op de markt, corporaties en particuliere woningbezitters, maar maatregelen opstelt voor bestuurders en ambtenaren van provincies en gemeenten om beter te kunnen en mogen samenwerken. Haal de (populistische) politieke invloed uit de woningcrisis en focus op nieuwe en duurzame volkshuisvestelijke ketens in de vorm van geëvolueerde publiek–private samenwerkingsconstructies.

Er is dringend behoefte aan één overheid die haar grondwettelijke taak serieus neemt als partner in volkshuisvesting. Een overheid die koers en focus houdt op duurzame oplossingen en inzet op systeemverandering door het intensiveren van samenwerking en doorbreken van oude patronen.

Abdessamed Azarfane is ontwikkelaar bij Being