In de eerste helft van 2024 zijn er ruim 8.200 nieuwbouwwoningen van woningcorporaties bijgekomen. Dat is een stijging ten opzichte van de eerste helft van 2023, toen er 6.300 corporatiewoningen werden opgeleverd.
Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS over nieuwbouwwoningen, een onderzoek uitgevoerd in opdracht van het ministerie van VRO en Aedes. In totaal zijn er in het eerste halfjaar van 2024 bijna 32.700 nieuwbouwwoningen aan de woningvoorraad toegevoegd, waarvan bijna 23.700 nieuwbouwwoningen een andere eigenaar hebben. Dit betekent dat deze woningen ofwel koopwoningen ofwel private huurwoningen zijn. Voor 800 nieuwbouwwoningen is de eigenaar nog onbekend.
Aandeel corporaties
Vergeleken met voorgaande jaren zijn er meer nieuwbouwwoningen van woningcorporaties gebouwd. In de eerste helft van 2023 werden bijna 6.300 corporatiewoningen opgeleverd en in de tweede helft bijna 8.100 woningen.
Het totaal aantal nieuwbouwwoningen was in de eerste helft van het jaar met 32.700 lager dan vorig jaar. Hierdoor is het aandeel van corporatie-nieuwbouwwoningen in de totale nieuwbouw groter. Corporatiewoningen maakten 25% uit van de totale nieuwbouw in de eerste helft van 2024. Dat is een stijging vergeleken met zowel de eerste helft van 2023 (18%) als de tweede helft van 2023 (20%).
Grote verschillen tussen gemeenten
Op gemeenteniveau zijn er verschillen op het gebied van eigenaren van nieuwbouwwoningen. Er zijn enkele gemeenten waarbij 100% van de nieuwbouwwoningen van corporaties zijn, waaronder IJsselstein en De Bilt. In absolute aantallen zijn in Amsterdam en Nijmegen de meeste corporatiewoningen gerealiseerd.
Tevens zijn er gemeenten waar wel nieuwbouw opgeleverd is, maar corporatiewoningen ontbreken. In Leiden zijn meer dan 500 nieuwbouwwoningen opgeleverd, maar geen van deze woningen vallen onder de corporatiewoningen. In Veenendaal, Vlaardingen, Dijk en Waard, Amstelveen en Alkmaar zijn meer dan 200 nieuwbouwwoningen opgeleverd zonder dat in deze gemeenten corporatiewoningen deel uitmaken van de nieuwbouw.