15 jaar PropertyNL: High-potentials van het vastgoed

PropertyNL vroeg de ‘captains of industry’ uit de januari-editie naar hun helden van morgen en zag tien trends

PropertyNL vroeg de ‘captains of industry’ uit de januari-editie naar hun helden van morgen en zag tien trends

Door Wabe van Enk
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 2, 26 februari 2016


Ons jubileum – PropertyNL 15 jaar en PropertyEU 10 jaar – grijpen we aan om vooruit te kijken naar de helden van morgen, geselecteerd door de beslissers van nu. De spelregel was: alleen high potentials buiten de eigen onderneming. Dit levert een verrassend beeld op van mensen die als kansrijk zijn opgevallen.
Eerst twee praktijktests. Eén van tien jaar terug onder vastgoedstudenten van de TU Eindhoven, één van een jaar geleden onder vastgoedstudenten van Fresh op de Provada. De vraag is: wat doen ze het liefst na de studie? In het eerste geval koos de meerderheid voor ING Real Estate, toen het grootste vastgoedbedrijf ter wereld. Nu zeggen studenten: ik begin wel een eigen bedrijf in vastgoed. Twee werelden van verschil, die samenkomen in deze jubileumeditie met helden van het vastgoed van morgen.

1. Old boys network
Op het retailforum dat IVBN, Neprom en PropertyNL in februari organiseerden, zag je het traditionele carrièremodel, dat in de meeste industrieën nog steeds favoriet is. Het afsluitende panel bestond uit vier mensen, van wie drie met dezelfde achtergrond. In dit geval kwamen ze alle drie uit de ING-stal: Jaap Blokhuis, Jaco Meuwissen en Hilke Nijmeijer. De eerste twee horen nu in de groep ‘captains of industry’ met ceo-functies bij Multi en 3W. Hilke is een nieuwkomer. Zij begon bij ING en zit nu bij ING-rechtsopvolger CBRE GI, waarbij zij is opgevallen als talent. Ze heeft destijds gekozen voor het belangrijkste bedrijf in de sector en wanneer ze blijft presteren, klimt ze steeds hoger. Daarbij passen realistische doelen: ‘ik wil graag uitgroeien tot fondsmanager’. Wanneer ze switcht van bedrijf kan Hilke terugvallen op het ‘old boys network’ van ING, waarvan ook girls als Hilke ook deel kunnen maken. Dit traditionele model is echter aan slijtage onderhevig.

2. De leerschool
Na je studie werken bij een vooraanstaand bedrijf, was de droom van veel studenten. Zo had je in de jaren tachtig de Wilma-school (de bouwer–ontwikkelaar die opging in AM) en de Bredero-school (een bouwer die bij BAM terecht kwam). Zo ontstonden aan het begin van de eeuw de ING-school en de ontwikkelingsscholen van Multi en MAB. Ze bestaan nog steeds, maar veel van de mensen uit dit PropertyNL-onderzoek hebben juist verschillende achtergronden. Ze kennen niet de stenen, maar de klanten van de stenen of de klanten die erin moeten beleggen. ‘Veel jonge mensen kiezen een eigen pad met verrassende wendingen’, zo benadrukken Jacques Craenen en Jeroen Schuur, de headhunters van Escalier, sinds vorig jaar onderdeel van de internationale Ferguson Partners European Strategic Alliance.

3. De leermeester
Vaders zijn nog altijd een leermeester voor veel zonen. Zo noemt Bas van Veggel zijn vader, Multi-oprichter Hans van Veggel, een inspiratiebron, en ook Meijer junior noemt z’n vader (Ton Meijer van MAB), maar hij tipt ook zijn moeder, die de Westergasfabriek ontwikkelde.
De meeste leermeesters komen uit de branche zelf. Bijzondere inspiratiebronnen zijn Anton Dreesmann (opvallend op een moment dat V&D zijn poorten sluit) en de veroorzaker van de kredietcrisis, Lehman Brothers. Spirituele leermeesters hebben weinig aanhang in het vastgoed. Zo’n keuze maakt alleen Eva Hukshorn van OVG met de verwijzing naar Upanishads – een boek dat een brug probeert te slaan tussen Boeddhisme en andere godsdiensten.

4. De carrière
De wijze waarop Eva Hukshorn (OVG) haar carrière beschrijft, verwoordt precies hoe de headhunters van Escalier de carrière van veel jonge mensen beschrijven: ‘Een aaneenschakeling van toevalligheden, wijsheid, geluk en af en toe een beetje bluf.’ Dat verschilt met vroeger. Ik vroeg 25 jaar terug de recordhouder in Nederland op het gebied van commissariaten (hij had er geloof ik honderd, waaronder de belangrijkste beursfondsen) Ernst van der Beugel: wat is de belangrijkste eigenschap voor een bestuurder om de top te bereiken? Volgens hem was dat ‘stamina’ - het uithoudingsvermogen om een carrière te doorlopen. Dat is al lang niet meer het hoogste doel van de jonge mensen van nu: tientallen jaren buffelen met als ideaal het hoogste echelon. Veel mensen kennen de voorbeelden van hen die na dertig jaar ‘buffelen’ met een hartaanval werden afgevoerd, waarna vrouw en kinderen opmerkten: wie is die man eigenlijk op de intensive care? Veel jongeren willen daarom niet buffelen, maar leven met gezin, vrienden en veranderende uitdagingen.

5. De time-out
De top van de apenrots in het bedrijfsleven is voor velen nog steeds McKinsey. Nog altijd solliciteren voor een paar duizend arbeidsplaatsen jaarlijks een kwart miljoen mensen. Maar ook daar veranderen de zaken in rap tempo. Vroeger was het: up-or-out. Nu heeft McKinsey een grow-or-go. Je hoeft niet naar ‘associate’ of ‘director’ of ‘partner’ te groeien, als je je maar ontwikkelt. Zelfs de apenrots even niet beklimmen is mogelijk geworden met een ‘time-out’ systeem. Als zelfs McKinsey deze vroeger als ‘soft’ betitelde aanpak nodig heeft om geen talent mis te lopen, hoeveel meer heeft het vastgoed dan nodig? Toppers van nu zijn niet per definitie de diehards met superwerkweken, maar het kunnen ook parttimers zijn met andere waarden dan carrière. Meer dan vroeger noemen de ondervraagde personen ‘family values’.

6. Overspannen
Toch zal het een minderheid zijn die met een time-out of een parttime-functie de top bereikt. De eisen aan functies zijn namelijk eerder hoger dan lager vergeleken met vroeger. Iemand die er een groot sociaal leven er op na wenst te houden, loopt snel tegen grenzen aan. Recent intern onderzoek naar talentvolle jonge Zuidas-advocaten toont aan dat het aantal overspannen young high potentials groter is dan ooit.

7. Minderheden
Vrouwen met een kinderwens zijn extra gevoelig voor die grenzen: de meeste dertigers hebben immers het idee dan het verschil te moeten maken in hun carrière. Dat combineert lastig met de besognes van het moederschap. Nederland kent een heel laag percentage vrouwen aan de top, en in het vastgoed komen vrouwen aan de top al helemaal weinig voor. Wel toont de lijst aan dat er meer uitzonderingen zijn dan vroeger op de regel dat vrouwen niet matchen met vastgoed. Wel valt op dat men in het vastgoed niet doet aan leeftijdsdiscriminatie: ook veertigers en zelfs vijftigers zijn getipt voor deze ‘high potentials’, maar die hebben kennelijk een jonge uitstraling. Wie zich verbaast over de lijst: ze zijn genoemd door de vastgoedbeslissers van nu.

8. Internationaal
Veel personen in deze PropertyNL-eregalerij hebben een internationale achtergrond. Het is verleidelijk om te denken dat de high-potentials van nu veel internationaler zijn dan vroeger, maar daarvoor is weinig bewijs in het vastgoed. De ‘oude’ vastgoedleerscholen waren ook zeer internationaal: Wilma ontwikkelde net zo makkelijk in Atlanta als in Nieuwegein en de baas Maas doceerde aan het MIT in Boston. Multi verdiende minstens even veel in Lissabon als aan de Koopgoot. MAB ontwikkelde in Nice en Parijs makkelijker dan in Den Haag. Toch is de indruk dat het nu makkelijker is om snel internationaal furore te maken. Een voorbeeld geeft Victor van Bommel die een bedrijf heeft opgericht dat onder meer voor de Amerikaanse topper Heitman werkt. Zijn netwerk in Londen leidt tot beleggingen in Amsterdam voor een wereldspeler. Die combinatie zou vroeger niet zo makkelijk gemaakt zijn. Dan besloot Heitman zelf een dochter in Amsterdam op te zetten. Dat duurt nu allemaal veel te lang en daarmee bindt het bedrijf ook niet de top