Sander Rijsdijk (50) was directeur Industrie & Bulk bij Havenbedrijf Rotterdam en is nu gedetacheerd als chief development officer bij 2Bays Curaçao.
In september ben je met je gezin verhuisd naar Curaçao. Wat doe je daar precies?
‘Ik ben verantwoordelijk voor de herontwikkeling van een deel van de raffinaderijterreinen van staatsbedrijf 2Bays Curaçao bij Willemstad, voorheen Refineria di Kòrsou. Het gaat om 225 hectare grond voor nieuwe economische activiteiten. Als chief development officer leg ik daarvoor de komende twee tot drie jaar de basis. Al klinkt die functietitel wel erg groots. Het bedrijf heeft twaalf vaste medewerkers plus een flexibele schil. Havenbedrijf Rotterdam heeft er 1400.’
Dat zal wel wennen zijn.
‘In Rotterdam was ik eraan gewend geraakt om veel te delegeren, hier moet ik opeens weer een duizendpoot zijn. Dat is schakelen, maar ontzettend leuk. Ik kom niet in een gespreid bedje terecht. Het is een andere wereld. Curaçao heeft grote uitdagingen met afvalverwerking, waterzuivering en dure elektriciteit. Ik zie kansen om hier onder meer een innovatieve, circulaire hub te creëren. Het eiland zit te springen om meer economische bedrijvigheid, ook om de afhankelijkheid van toerisme te verminderen. Het grote pluspunt is dat hier nog ruimte beschikbaar is voor industrie.’
Hoe kwam je hier terecht?
‘Ik werk al 23 jaar bij Havenbedrijf Rotterdam, dat zelf veel ervaring heeft met het herontwikkelen van haventerrein en het aantrekken van nieuwe bedrijven. Wij adviseerden Refineria di Kòrsou over de plannen. Maar wil je zoiets goed doen, dan moet iemand ter plaatse aan de slag. Anders blijft het te veel op afstand. Het bedrijf ontwierp een nieuwe organisatiestructuur en zocht een chief development officer. Ik herkende me in die rol. Ik was in Rotterdam al acht jaar verantwoordelijk voor alle industriële klanten, een mooi moment om weer eens verder te kijken.’
Trok het buitenland je?
‘Zeker. Mijn vrouw werkt ook bij het Havenbedrijf en we hadden het er steeds vaker over wat we nog wilden doen. Daarbij kwam een buitenlands avontuur ook ter sprake. Toen deze functie zich voordeed, kwam alles samen. We zouden wel gek zijn als we die kans niet grepen. Ik heb twee volwassen kinderen die op eigen benen staan en een zoon van negen, een goede leeftijd om een paar jaar in een ander land te wonen.’
Komen jullie op Curaçao veel Nederlanders tegen?
‘Ja. We zijn gaan wonen in Blue Bay, een gated community aan zee waar veel vermogende Nederlanders wonen die hier investeren in vastgoed. Best mogelijk dat zij de toenemende regulering in Nederland zijn ontvlucht. We wilden zo dicht mogelijk bij de school van onze zoon zitten, een mooie oude Shell-school. Er zijn hier eenbaanswegen, dus over een korte afstand kun je lang doen. Voordeel is ook dat kinderen zich hier vrij kunnen bewegen. Zelf ben ik in een kwartier op mijn werk.’
Wat wil je de komende jaren bereiken?
‘Ik hoop een basis te leggen voor het landlordmodel en internationale investeerders te interesseren voor dit gebied. Als vooruitgeschoven post kan ik daarbij altijd terugvallen op onze Curaçao-desk en backoffice in Rotterdam. Het eiland verrast me, met een mix van culturen en talenrijkdom. Iedereen spreekt Engels, Nederland, Spaans en Papiaments, dat vind ik indrukwekkend. Ik gun Curaçao meer economische zelfstandigheid en wil daaraan bijdragen.’
Nog leuke trips in de omgeving in het vooruitzicht?
‘In de kerstvakantie gaan we eerst naar Nederland en aansluitend naar Costa Rica. Volgend jaar willen we Colombia en Panama bezoeken. Dit is een regio die voorheen niet zo op ons netvlies stond; heel interessant om die nu te ontdekken.’
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 11, 22 november 2024