Drie jaar geleden viel de uitnodiging op de mat: de pilot Omgevingsplan in Den Haag.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 10, 25 oktober 2019
De nieuwe omgevingswet spreekt van ‘uitnodigingsplanologie’: de markt mag zich gaan bemoeien met ruimtelijke ordening. Samen met de gemeente ervoor zorgen dat de broodnodige woningen in Den Haag worden gerealiseerd. Klinkt als een mooi feest!
Nu houd ik wel van een feestje. Ik kan een goede DJ absoluut waarderen, en ben een fan van het ochtendgloren na een mooie nacht. Een mooie nacht in het IJspaleis, waarin het onwaarschijnlijke gebeurt. Alleen de aanwezigen weten achteraf wat er nu echt precies gebeurd is, en welk deel van het verhaal erbij gehaald is om het nog mooier te maken. Dus stel je voor:
160 hectare gebied vol kansen en gave plekken. Een cocktail van ruige hoeken, bierbrouwers en garagebedrijfjes omtoveren naar een leefbare stad, waar werken en wonen samen komen. Marktpartijen die voor het eerst zonder directe verplichtingen proberen samen te werken. Ambtenaren die voor het eerst regie delen. Raadsleden die zich direct laten informeren door marktpartijen. Kortom, alle ingrediënten voor een mooi feest.
En een feest is het tot nu toe geweest: de Stadmakers, 12 ontwikkelaars die zich op eigen initiatief bundelden tot We Thinck Binck, hebben samen met veel, heel veel ambtenaren oplossingen bedacht voor de valkuilen die de Omgevingswet ons biedt. De gemeente experimenteerde driftig mee, met reserveringsregelingen, omgevingstafels en veel overleg op alle niveaus. Bestaande bedrijven denken mee over hun toekomst en de toekomst van het gebied waarin ze werken.
Nu gloort het eerste daglicht. De reserveringen van de eerste 5000 woningen worden volgende maand hopelijk definitief. En de eerste vergunningen kunnen nog dit jaar verstrekt worden. Den Haag kan trots zijn op dit resultaat, want alle partijen zijn straks verplicht om ook echt over te gaan op bouwen. En ja, tot nu toe is het een mooi feest, met bijzondere gerechten aan de Omgevingstafels, onvoorziene feestgangers in het participatieoverleg, en stevige cocktails van regie en controle (bij de markt of toch de overheid?).
We toosten straks op een eerste resultaat als de eerste omgevingsvergunningen worden ingediend. We kunnen nu al terugkijken op het succes van deze pilot, die erg veel inzicht gegeven heeft in de nieuwe Omgevingswet. Samenwerken krijgt een andere vorm en dimensie, afspraken over initiatief en regie kunnen we vooraf duidelijker met elkaar maken. En duidelijkheid over volumes en reserveringen is essentieel voor alle betrokkenen. Participatie geeft kansen als het breed gedragen en goed getimed wordt.
Maar de glazen zijn ook nog vol onzekerheden: de stikstofoplossingen moeten nog getest worden, de participatie met buren en gebruikers komt wat laat op gang, en de effecten van de asfaltcentrale in de Binckhorst zijn nog onduidelijk. Desondanks feesten we samen met markt en gemeente stevig door.
De band staat dan ook lekker te spelen, en wij besluiten regelmatig om te klinken op tussentijdse resultaten. De zon komt nog niet op, maar er is zicht op succes, en daarmee een unicum in Nederland. Want de pilot Omgevingsplan in Den Haag loopt voorop en is er een die alle hobbels onderweg weet te nemen. Alle hobbels?
Het zou erg jammer zijn als straks op het hoogtepunt de gastheer het feestgedruis door de achterdeur moet verlaten. De perikelen in het Haagse IJspaleis brengen het college van B&W in wel zeer roerig vaarwater. Binckhorst-wethouder Boudewijn Revis, die met zijn team al deze hobbels heeft overwonnen, verdient het wat mij betreft om de bouw in 2020 in functie te zien starten, en ik hoop dan ook oprecht dat wij straks bij de eerste paal het glas mogen heffen, en met trots kunnen terugkijken op het bijzondere proces dat Den Haag dan heeft volbracht. Op naar een leefbare, geslaagde Binckhorst, want voor de nieuwe bewoners begint het feest dan past echt!
Phlip Boswinkel is partner bij Local en fellow aan de ASRE