De Nederlandse woningvoorraad is bezig met een vergroeningslag, zo blijkt uit berekeningen van Calcasa. Halverwege 2022 heeft bijna 32% van de woningen met een geregistreerd label een energielabel A.
Deze groei is met name het gevolg is van de verbetering van het energielabel van woningen die voorheen beschikten over een energielabel B, C of D. Flevoland is met 50% label A woníngen de ‘groenste’ provincie. Op gepaste afstand is Utrecht bezig met een inhaalslag. In 2016 had in Utrecht nog slechts 13% van de woningen een energielabel A. Inmiddels is dat bijna 36%. Andere provincies met meer dan 30% A labels zijn Gelderland, Overijssel, Drenthe en en Noord-Brabant.
Het aantal woningen met een F en G label blijft volgens Calcasa nagenoeg gelijk. Deze groep vertegenwoordigt op dit moment nog 15% van de woningen met geregistreerde labels. Specifiek voor de huurmarkt geldt, dat 11% van de woningen over een E, F of G label beschikt.
Met name professionele vastgoedpartijen bezitten minder groene woningen. De groep woningen die door dergelijke vennootschappen wordt opgekocht valt in een aantal opzichten op. Zo beschikt slechts 20% van deze woningen op dit moment over een energielabel A of B en beschikt maar liefst 41% over een energielabel E, F of G. Minister de Jonge verbiedt vanaf 2030 de verhuur van woningen met een slecht label.
Limburg staat voor de grootste uitdaging; bijna 20% van de woningen in deze provincie heeft nog een energielabel E, F of G. Ook de provincies Groningen, Zeeland en Zuid-Holland scoren slechter dan het gemiddelde.
