De gemeente Amsterdam, Ivbn, Vastgoed Belang en Neprom hebben een intentieverklaring getekend om te zorgen voor meer betaalbare woningen in Amsterdam.
De afspraken moeten zorgen voor de bouw van nieuwe betaalbare woningen, het betaalbaar blijven van bestaande woningen en het toewijzen van woningen aan beroepsgroepen als leraren en zorgverleners. De afgelopen tijd stagneerde het oppakken van nieuwe woningbouwprojecten en transformatie omdat ontwikkelaars en beleggers de eisen van Amsterdam te streng vonden. Het was moeilijk een gezond rendement te maken op de projecten.
Woningcorporaties tevreden
De afspraken moeten de bouwproductie stimuleren en de huurstijgingen beperken. De gemeente zal zich sterk maken voor de bouw van huur- en koopwoningen voor middeninkomens tegen een acceptabel rendement door passende grondprijzen te rekenen. Waar mogelijk worden de woningcorporaties betrokken voor de ontwikkeling van sociale huurwoningen. De Amsterdamse woningcorporaties zijn tevreden met deze afspraken en gaan ervan uit dat zij door deze samenwerking meer sociale huurwoningen kunnen bouwen.
Voor nieuwe middenhuurwoningen kunnen de beleggers voortaan jaarlijks een huurverhoging van inflatie plus 1% rekenen. Voor zittende huurders in bestaande middenhuurwoningen hebben de leden van IVBN en Vastgoed Belang afgesproken de huurverhoging vanaf 1 juli 2020 de komende vier jaar ook te beperken tot maximaal 1% boven inflatie. Deze afspraken worden herzien als er landelijk of lokaal regelgeving komt die invloed heeft op deze afspraken.
Uitpondtermijn 25 jaar
De gemeente hanteert voor nieuw gerealiseerde huurwoningen met een aanvangshuur onder de liberalisatiegrens een uitpondtermijn van 25 jaar in plaats van 15 jaar. Voor deze huurwoningen geldt gedurende de uitpondtermijn een gereguleerde huurprijs conform landelijke regelgeving. Bij de bepaling van de residuele grondprijzen wordt hiermee rekening gehouden.
Overleg grondprijzen
Voorwaardelijk voor de realisatie van middeldure huur- en koopwoningen zijn marktconforme, residuele grondprijzen, waardoor beleggers en ontwikkelaars deze woningen kunnen realiseren en er een acceptabel rendement op kunnen maken. Om dit te bevorderen treden partijen op korte termijn in open overleg over het proces van bepalen en beschikbaar stellen van grondprijzen, in het bijzonder in het geval van transformatie. Indien uit het niet inschrijven op tenders en/of het falen van transformatieprojecten blijkt dat institutionele of particuliere beleggers en ontwikkelaars op basis van de gevraagde grondwaarde geen haalbare businesscase kunnen maken, treden partijen halfjaarlijks in overleg en worden de gemaakte afspraken geëvalueerd en eventueel bijgesteld.
IVBN-bestuurder Gertjan van der Baan: “Om aan de enorme vraag naar woningen in de Metropoolregio Amsterdam te voldoen zijn veel meer woningbouwlocaties nodig en daarop aansluitend goed openbaar vervoer.”
Wethouder Laurens Ivens (Wonen en Bouwen): “Met deze afspraken hebben we de juiste partners aan boord om te zorgen voor extra betaalbare woningen die ook langdurig betaalbaar blijven."
Wethouder Marieke van Doorninck (Grondzaken): “De gemeente stelt transparante grondprijzen beschikbaar waarmee voor de productie van nieuwe en het behoud van bestaande betaalbare woningen gezorgd kan worden. Duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit blijven hiermee gewaarborgd.”
Vastgoed Belang-directeur Laurens van de Noort: “Particuliere beleggers laten hiermee zien een belangrijke bijdrage te leveren
aan de noodzakelijke investeringen in nieuwe woningen en zich in te willen zetten voor degene die het nu het moeilijkst hebben op de woningmarkt.”
Neprom-voorzitter Desirée Uitzetter: “Het is van grote waarde dat Amsterdam bereid is om haar grondprijsmethodiek tegen het licht te houden met als doel dat grondprijzen veel sneller en op transparante en voorspelbare wijze tot stand komen zodat partijen zonder onnodige vertragingen tot ontwikkeling en realisatie kunnen komen.”