Twee derde van de Nederlandse ondernemers in onder meer de retailsector en industrie wil binnen tien jaar stoppen, maar het overgrote deel heeft de opvolging niet geregeld.
Dat blijkt uit de Sectorprognoses 2026-2027 van ABN Amro die woensdag gepubliceerd worden. De bank deed samen met Ipsos I&O onderzoek naar bedrijfsopvolging onder 519 ondernemers. Zo geldt voor 22% van de groep die binnen tien jaar wil stoppen, dat zij geen concrete plannen hebben voor bedrijfsopvolging. Tegelijkertijd is 20% wel op zoek, maar is er nog geen opvolger in beeld.
Door het uitblijven van bedrijfsoverdracht en de vergrijzing wordt het risico op waardeverlies volgens de bank steeds groter. Zo is nu bijna 13% van de ondernemers 65-plusser, tegenover 7% in 2010. In sectoren met relatief veel oudere ondernemers -zoals landbouw, retail en industrie- neemt dit risico toe. Ook in sectoren waar familiebedrijven domineren -landbouw, horeca en autohandel- vergroot het niet tijdig starten met opvolgingsplannen de kans op bedrijfsbeëindiging en verlies van kennis, banen en kapitaal. Deze 300.000 familiebedrijven zijn goed voor ruim 30% van alle banen in Nederland en voor bijna 30% van de toegevoegde waarde van het (niet-financiële) bedrijfsleven.
Loslaten van bedrijf
Er zijn verschillende drempels die een tijdige opvolging in de weg staan, zo blijkt uit het onderzoek. Veel ondernemers hebben moeite met het vaststellen van de bedrijfswaarde, het doorgronden van juridische en fiscale regels en het loslaten van hun bedrijf. Deze emotionele binding en onzekerheid over de toekomst maken het extra complex. Hoewel overdracht in de familie nog veel voorkomt, kijken ondernemers ook naar andere vormen van opvolging. Zo kiezen zij vaker voor alternatieven, zoals een management buy-out of buy-in, een employee buy-out of verkoop aan strategische kopers.
Doordat jonge generaties het bedrijf minder vaak willen voortzetten -gedreven door andere ambities, onvoldoende middelen of het missen van de juiste competenties- zoeken steeds meer ondernemers naar zulke alternatieven. Daarnaast is een gefaseerde overdracht volgens de onderzoekers een manier om de overdracht soepeler te laten verlopen en financiële risico’s beperken. ‘Zo’n overgangsfase kan bijvoorbeeld helpen om de effecten van verslechterende economische omstandigheden te reduceren en kopers in staat te stellen de overname stapsgewijs te financieren. Ook biedt zo’n gefaseerde overdracht medewerkers en klanten vertrouwen, omdat de ondernemer tijdelijk betrokken blijft’.
Planning cruciaal
Ondanks de uitdagingen zijn de vooruitzichten volgens ABN AMRO voor veel sectoren positief, mits ondernemers op tijd maatregelen nemen. De bank benadrukt dat tijdige planning cruciaal is om risico’s te beperken en de continuïteit te waarborgen. ‘Ondernemers doen er goed aan verschillende scenario’s te overwegen, de bedrijfsoverdracht stap voor stap te organiseren en zowel interne als externe kandidaten in kaart te brengen. Ook kan het goed zijn tijdig een adviseur in te schakelen’, zegt Gerarda Westerhuis, sector econoom Leisure en Retail van ABN AMRO.
‘Veel ondernemers beseffen te laat hoe complex bedrijfsopvolging kan zijn. Door vroeg te beginnen, kunnen zij alle relevante opties onderzoeken. Dat biedt hen daarnaast de mogelijkheid om tijdig inzicht te krijgen in de bedrijfswaarde en fiscale mogelijkheden te verkennen. Het tijdig afstemmen van de belangen van eigenaars, management, financiers en andere familieleden, is een andere succesfactor. Ook loont het om te kijken naar alternatieve vormen van opvolging. Door niet alleen binnen de familie te zoeken, maar óók bij externe partijen.’
