Minister De Jonge (VRO) wil door de bestaande voorraad beter te benutten dichter bij zijn doel van 900.000 nieuwe woningen in 2030 komen. Er komt een actieplan om het optoppen, splitsen en het toevoegen van microwoningen op bestaande percelen te stimuleren.
De minister komt onder meer met een actieplan voor het optoppen van woningen zo schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. Onlangs bleek uit onderzoek van Stec Groep dat er door woningen te bouwen op bestaande complexen er in totaal 100.000 woningen kunnen worden toegevoegd. Bouwende ontwikkelaar VORM heeft deze uitdaging samen met de corporaties Woonbron en SOR al opgepakt in Rotterdam met de introductie van haar concept de BuurtBoost Optopper. De komende tijd werkt het Ministerie, samen met corporaties, marktpartijen en medeoverheden deze aanpak uit. Denk daarbij aan het ontwikkelen van modulaire en gestandaardiseerde bouwproducten.
Potentie woningsplitsing
Door woningen te splitsen, oftewel van één bestaande woning meerdere zelfstandige woningen maken, zijn in 2021 ongeveer 2200 woningen gerealiseerd. Maar de potentie is volgens de minister veel groter. Stec Groep heeft onderzoek gedaan naar het splitsen van woningen en schat dat er middels splitsen circa 80.000-160.000 woningen gerealiseerd kunnen worden. Door het opstellen van een ‘handreiking splitsen’ stimuleren we die gemeenten waar splitsen kan en wenselijk is, hier actief mee aan de slag te gaan.
Met name voor ouderen kan splitsen een interessante optie kan zijn als zij wel in hun woning willen blijven, maar deze te groot is geworden. In absolute zin bevindt het grootste aantal te splitsen woningen zich in de grote steden. In 2021 vond meer dan een derde van de jaarlijkse woningsplitsingen plaats in de vijf grote steden. Relatief gezien is juist in de meer landelijke regio’s een groter aandeel van de woningvoorraad splitsbaar omdat hier vaak grotere woningen staan.
Ook zijn er gemeenten waar het splitsen van woningen beleidsmatig niet of beperkt wordt toegestaan. Het splitsen van woningen kan in bepaalde buurten en wijken ongewenst zijn vanwege negatieve effecten op de leefbaarheid. Op die locaties is restrictief beleid gepast.
Woning delen
De minister ziet ook heil in het transformeren van bestaande gebouwen naar woningen, het plaatsen van microwoningen, het afstoffen van de hospita en het laagdrempeliger maken van woningdelen. Er zijn in Nederland ruim 900.000 alleenstaanden die in een woning met drie of meer kamers wonen. Een woning delen kan voor veel mensen aantrekkelijk zijn. De Minister wil belemmeringen voor ouderen die willen samenwonen wegnemen. Daarvoor starten we een experiment ‘Woning delen’ waarbij de financiële en niet-financiële belemmeringen eerst inzichtelijk gemaakt worden om deze vervolgens weg te nemen. Hierbij kijken we onder meer naar de mogelijkheden die de experimenteerruimte van de Woningwet biedt.
Jongeren wonen in bij senioren
In Noord-Brabant wordt al geëxperimenteerd door de Stichting Statiegeld op Jeugd (SOJ) met het concept Duo Wonen waarbij senioren die in een te grote woning wonen, deze -na splitsing- gaan delen met jonge starters die in hun eigen dorp of stad vooralsnog niet in aanmerking komen voor een betaalbare woning. Omdat jongvolwassenen hulptaken doen voor de senior, wordt een deel van de huur (die de jongeren betalen) opzij gezet in op een En/En bankrekening; senior en jongeren moeten altijd samen tekenen om het geld te kunnen opnemen. Dit huursparen is bedoeld om tezijnertijd te gebruiken voor de kosten koper als de jongeren een woning kunnen kopen. Voorvechtster Amanda Schiltmans van SOJ is reuzeblij met de Kamerbrief van De Jonge. 'Nederland wordt wakker! Mijn 'roepen in de woestijn' is gehoord!', aldus Schiltmans in een reactie op LinkedIn.
Vergunnigsvrij bouwen
Ten aanzien van microwoningen in de achtertuin wijst de minister ook op de koppeling met het zorgdossier. 'Ik vind het belangrijk dat mantelzorg ook vanuit het woondomein gefaciliteerd blijft. Daarom zal ik een instructieregel aan het Besluit kwaliteit leefomgeving toevoegen, die regelt dat de huidige bouw- en gebruiksmogelijkheden voor mantelzorgwoningen ook onder de Omgevingswet in stand worden gehouden.' Daarmee blijft het plaatsen van mantelzorgwoningen onder bepaalde voorwaarden vergunningsvrij. Daarnaast wordt het onder de Omgevingswet mogelijk dat gemeenten in het omgevingsplan meer mogelijkheden gaan bieden voor vergunningsvrij bouwen. Daarmee worden ook mogelijkheden gecreëerd voor het plaatsen van microwoningen voor woningzoekenden, waaronder ook aandachtsgroepen zoals dakloze jongeren en volwassenen.
Statushouders bij hospita
De Jonge ziet ook potentie in hospitaverhuur zowel bij koop als huurwoningen als bijdrage aan het huisvestingsvraagstuk van verschillende doelgroepen, zoals studenten, kwetsbare jongeren of statushouders. Over het aantal kamers dat op dit moment door hospita`s wordt verhuurd is weinig bekend. In 2002 waren dit er 73.000 en in 2006 werden 87.000 kamers actief aangeboden. De Jonge: 'De perceptie is dat ook hier financiële regelingen in de weg zitten, terwijl dat in veel gevallen niet zo hoeft te zijn. Deze onzekerheid over de uitwerking van financiële regelingen kan in dat geval belemmerend werken.' Om mensen meer duidelijkheid te geven over de impact van kamerverhuur op inkomen of toeslagen en hoe je kamerverhuur goed kan regelen, start De Jonge samen met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Aedes en de Woonbond een informatiecampagne over hospitaverhuur. 'Specifiek voor statushouders wil ik onderzoeken of hospitaverhuur breder ingezet kan worden voor (tijdelijke) huisvesting van statushouders in afwachting van doorstroming naar een reguliere woning. Hierdoor wordt de opvangcapaciteit ontlast en kunnen statushouders starten met integreren en participeren in onze samenleving.'