Stec Groep: Gemeenten verhogen grondprijzen in beperkte mate

De helft van de gemeenten verhoogt de grondprijzen in 2021, maar minder fors dan in het voorgaande jaar.

Het aandeel gemeenten dat hogere grondprijsstijgingen dan 2,5% verwacht is met 17% fors lager in vergelijking tot wat in 2020 gerealiseerd is (28%). Dat blijkt uit de jaarlijkse Benchmark Gemeentelijke Grondprijzen 2020-2021 van ruimtelijk-economisch adviesbureau Stec Groep.

Opvallend vindt Stec dat de verwachte prijsstijging voor met name woningbouwlocaties met 2,5% fors lager is dan op grond van de gemiddelde prijsstijging in de woningmarkt (9%) verwacht kan worden. Kennelijk kiest een groot deel van de gemeenten in de huidige tijd voor matiging.

Corona nauwelijks invoed
De coronacrisis heeft op korte termijn nauwelijks invloed op het grond(prijs)beleid van gemeenten, zo geven zij aan. Bij 75% van de gemeenten heeft de coronacrisis geen invloed op de beslissing om grond wel of niet aan te kopen en bij 65% heeft de crisis geen invloed op de grondwaarde van woningen en werklocaties.

Voor woningbouwlocaties verwacht de helft van de gemeenten voor aankomend jaar een beperkte stijging van de grondprijzen ten opzichte van 2020. Deze blijft in 60% van de gemeenten beperkt tot maximaal 2,5%, waarvan iets minder dan de helft gelijkblijvende prijzen verwacht. Dat was in 2019-2020 wel anders: toen verhoogden heel wat gemeenten de grondprijzen fors meer. Stec Groep vindt dit niet alleen een gematigde stijging van de grondprijzen gezien de fors gestegen huizenprijzen, maar ook gezien de bouwkosten die gelijk zijn gebleven. Wanneer gemeenten puur residueel zouden rekenen, dan zou dit een flinke stijging van de grondprijzen tot gevolg moeten hebben.

Bedrijventerreinen
Voor bedrijventerreinen verwachten de helft minder gemeenten de prijzen met meer dan 2,5% te verhogen, van 20% in 2020, naar 10% in 2021. Het aandeel gemeenten dat de prijzen gelijk houdt is circa hetzelfde gebleven (in 2020 40%, voor 2021 39%).

Omdat de bouw van woningen nog steeds achter blijft bij de behoefte, verwachten gemeenten dat een actief grondbeleid hen meer regie geeft over de nieuwbouwproductie. Uit de benchmark blijkt dat 24% van de gemeenten een vooral actief grondbeleid voert; 36% voert een situationeel grondbeleid (een combinatie van actief en passief grondbeleid).

Meer gemeentelijke grondaankopen
Ongeveer 60% van de gemeenten heeft de afgelopen twee jaar grond aangekocht en bijna 30% van de gemeenten die dit de afgelopen twee jaar niet heeft gedaan is dit wel van plan. Wat opvalt is dat alleen in de groeiregio’s meer gemeenten voornemens zijn om grond aan te kopen. Echter, op het hoogtepunt van de markt grond aankopen brengt risico’s met zich mee, zo waarschuwt Stec.

Veel gemeenten gebruiken een combinatie van methoden voor het bepalen van de grondprijzen: residueel, comparatief en een waardebepaling door een afhankelijk adviseur. Dit leidt ertoe dat vrijwel alle gemeenten hun prijsstelling marktconform vinden. Bij woningbouw zijn hier echter kanttekeningen te plaatsen, vindt Stec: als gemeenten zuiver voor de residuele prijsbepaling zouden kiezen, zouden zij in veel gevallen hun prijzen veel meer kunnen verhogen dan zij nu doen.