Science parken zetten in op Brexodus

Nederlandse science parken kunnen profiteren van de Brexit, met Leiden en Amsterdam als voorbeeld.

Door Dominic Gover
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 7, 12 juli 2019

Het is een bewolkte dag in juni op Leiden Bio Science Park (LBSP). De schilderachtige stad – waarvan het karakter vooral wordt bepaald door de universiteit – mag in Europa misschien geen gevestigde naam zijn, maar door de Brexit zou dat weleens kunnen veranderen. De universiteitsstad zou fors kunnen profiteren van de verplaatsing van het Europese Geneesmiddelenbureau (EMA) naar Nederland en de neveneffecten daarvan.
Terwijl de Britten druk bezig zijn op een of andere manier de EU te verlaten, ziet de Nederlandse overheid kansen om wetenschappelijk georiënteerde organisaties uit het VK aan te trekken. De overheid vraagt de science parks hun krachten te bundelen bij het binnenhalen van deze bedrijven. In plaats van dat er een gevecht om de huurders ontstaat waarbij iedereen verliest, kan het gezamenlijk optrekken juist voor successen zorgen.

Het grootste succes tot nu toe is natuurlijk de komst van de EMA naar Amsterdam. Maar hoe zit het met fase 2? Hoe zit dat bijvoorbeeld met het Leiden Bio Science Park – qua oppervlakte het grootste van de tien science parken in Nederland?
Op het Leiden Bio Science Park is het Brexit-effect voelbaar. De vraag van bedrijven die overwegen te verhuizen naar het park is sinds het referendum over de Brexit drie jaar geleden met zo’n 20% gestegen. Wie daar bijvoorbeeld bovenop zit, is Innovation Quarter, een met publiek geld gefinancierde organisatie die internationale innovatieve bedrijven stimuleert zich in Zuid-Holland te vestigen. Leiden met zijn wetenschappelijke wortels gooit daarbij hoge ogen.

Zo kom je op de wandeling van het station naar het science park langs grand café De Stal. Hier woonde ooit Stier Herman, de eerste genetisch gemanipuleerde stier. De Stal is slechts een van de gebouwen op het science park. Hier werken in totaal 1900 mensen, verdeeld over 200 bedrijven, waaronder anchor-tenant Johnson & Johnson. Zestig start-ups hebben zich gevestigd in de vier gebouwen van Biopartner Centers, een stichting die eigenaar is en huisvesting verzorgt aan (door)startende life science-bedrijven.

Doorbraak
De start-ups hopen op een doorbraak zoals BaseClear is overkomen. Het bedrijf is gespecialiseerd in analyses gebaseerd op DNA en is ooit opgericht door twee alumni van de universiteit. Het bedrijf is nu dé genome specialist in Europa en heeft inmiddels een heel gebouw in gebruik.
Harry Flore, al sinds jaar en dag werkzaam in de sector, is ceo van Hal Allergy Group, dat immunotherapieën voor allergenen ontwikkelt. Maar hij is ook voorzitter van de ondernemingsvereniging op het science park. Flore is optimistisch over de mogelijkheden voor Nederland om bedrijven aan te trekken die uit het VK willen vertrekken. Hij denkt zelfs dat het aantal van 250 – wat nu de hoogste schatting is – wel eens zou kunnen worden overtroffen. ‘EMA is belangrijk, maar de Brexit zelf zal een nog lang doorlopend effect hebben.’

Ruimte voor 250.000 m²
Eigenaar van de meeste grond op het science park is de universiteit Leiden. Het universitair ziekenhuis en diverse faculteiten zijn op en rond het science park gevestigd. Sinds de start in 1984 is ongeveer 350.000 m² aan gebouwen ontwikkeld en er is nog ruimte voor 250.000 m². Ontwikkelen gebeurt door derden, de universiteit zelf mag geen projectontwikkelaar spelen.
Omdat de start al zo lang geleden is, is het masterplan inmiddels wel aan revisie toe. Het gebied moet meer multifunctioneel worden, omdat het tegenwoordige talent graag werk en vrije tijd op één plek combineert. Daarom wordt er horeca aan toegevoegd, en zelfs een theater. Ook zal er woonruimte komen: Yisheng Development is al bezig met de bouw van een toren met 1200 appartementen; de helft voor studenten en de helft voor de markt. Binnenkort zullen voor twee andere residentiële projecten tenders gaan lopen, waarvoor onder meer Dura Vermeer en Kadans naar verluidt interesse hebben.

Volgende halte: Amsterdam Science Park
Na Leiden bezoeken we nog een wetenschappelijk cluster, dit keer Amsterdam Science Park. Onze gids hier is Leo le Duc, directeur science & business bij Amsterdam Science Park. Hij twijfelt er geen moment aan dat het Brexit-effect echt bestaat. ‘De verhuizing van EMA heeft ons echt op de kaart gezet. EMA brengt veel spin-off met zich mee. Doordat het nu in Amsterdam is gevestigd, weten mensen ons nu ineens ook te vinden.’
Het hart van het Amsterdam Science Park in de Watergraafsmeer bestaat uit de faculteit natuurwetenschappen, wiskunde en informatica van de UvA. 200.000 m² van het park is ontwikkeld, met nog 120.000 m² te gaan. Er wonen 1200 studenten, die de ruimte delen met 3000 onderzoekers, werkzaam in vijf verschillende wetenschapsvelden, en 2000 werknemers die bij 160 bedrijven werken.

In tegenstelling tot Leiden heeft de universiteit maar een klein deel van het gebied in handen: 90% van de grond is in eigendom van de gemeente en het NWO. En Amsterdam Science Park loopt vooruit op de toepassing van mixed-use: onlangs is een sporthal opgeleverd, niet ver van het beachvolleybalveld en de kubusvormige klimwand. Het café met terras zit vol met van de zon genietende studenten die lekker loungen op de grasvelden rondom.
Ook anders dan in Leiden lijkt Amsterdam Science Park niet hard te lopen voor het aantrekken van nieuwe huurders. Integendeel: uit principe worden geen incentives aan nieuwe gebruikers gegeven. Dit tot grote verbazing van onder meer een Japans bedrijf dat naar verluidt probeerde één en ander los te krijgen van het science park.

Bijna 100% verhuurd
Amsterdam Science Park lijkt zich deze houding door een bezettingsgraad van bijna 100% ook te kunnen veroorloven. Het park gaat liever voor bedrijven die een meerwaarde aan de andere gebruikers kunnen bieden dan dat commerciële redenen de boventoon voeren. Dat neemt niet weg dat Amsterdam Science Park wel op zoek is naar een grote huurder met veel uitstraling. Een anchor-tenant à la Johnson & Johnson zou zeer welkom zijn.
De universiteit hier werkt hier onder meer aan artificial intelligence (AI), data management en duurzaamheid. En de universiteit groeit snel: het aantal studenten neemt ieder jaar met 15% toe. Net zoals in Leiden zijn de banden tussen universiteit en bedrijven sterk. Grote bedrijven huren teams met postdoctorale studenten in voor baanbrekende projecten. Zo is ontwikkelt Bosch hier AI-toepassingen voor de zelfrijdende auto, kijkt Bol.com hoe ze AI kunnen gebruiken bij het analyseren van koopgedrag en onderzoekt de politie het bestrijden van criminaliteit.

Kathedralen van informatie
Wat opvalt, zijn de twee hoogste gebouwen in het park: het zijn datacenters. Deze kathedralen van informatie zijn bijzonder, omdat datacenters in Nederland meestal één verdieping hoog zijn. De ruim aanwezige restwarmte van de datacenters verwarmt 450 studentenappartementen in de buurt.
Op wetenschappelijk gebied is er genoeg om de loftrompet over af te steken. Hiervandaan komt de allereerste e-mail die vanuit Europa naar Amerika is gestuurd in 1988. Het science park is het centrum van het world wide web: hier komen alle kabels samen die de wereld overspannen en zo het web vormen. De tweede website ooit is hier gemaakt én het science park bezit een van de weinige Enigma-machines, de Duitse codeermachine uit WOII. Maar het host ook de servers van Fortnite, een van de meest succesvolste games ter wereld.

Samen sterk
Op verschillende manieren bieden de science parken van Leiden en Amsterdam dus volop kansen voor bedrijven die hun toekomst in het kader van de Brexit heroverwegen. Momenteel pompt de Britse overheid honderden miljoenen in life sciences in een poging aantrekkelijk te blijven voor deze sector. We zullen zien wie dit getouwtrek gaat winnen. Maar als de 10 Nederlandse science parks als een eenheid opereren, kunnen ze zeker profiteren van de Brexit.

Eerste Nederlandse fonds voor science parks
ASR Real Estate heeft onlangs het allereerste fonds gefocust op science parks in Nederland geïntroduceerd, het ASR Dutch Science Park Fund. Het fonds moet een grootte krijgen van ruim € 500 mln, werd op 1 maart gelanceerd en de eerste aankopen moeten in de tweede jaarhelft van 2019 plaatsvinden. Fund manager Luc Joosten ziet de hoge bezettingsgraad (95% op alle Nederlandse science parks), de huurgroeimogelijkheden, de sterke vraag en de ontwikkelingsmogelijkheden als sterke factoren van de science parks. De parken zijn aantrekkelijke investeringen doordat zulke bedrijven veel minder reageren op economische cycli. Zo had Hal Allergy, dat gevestigd is op Leiden Bio Science Park, volgens topman Harry Flore in het geheel geen last van de financiële crisis.

Nieuwe hoofdkantoor EMA op Zuidas
Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) is de toezichthouder op farmaceutische producten in de EU. Het is opgericht in 1995 en was gevestigd in Canary Wharf in Londen, met een huurcontract van 25 jaar. Met de Brexit moest EMA vertrekken, en Amsterdam won de buit in een loting. De eigenaar van het EMA-gebouw in Londen won in februari dit jaar overigens de rechtszaak over het huurcontract ter waarde van € 561 mln. De rechter vond het feit dat EMA een instituut van de EU is en door het referendum werd gedwongen te verhuizen, onvoldoende reden was om het huurcontract te verbreken. De rechter zei dat het contract onder Brits recht gesloten is en dat EMA daar niet onder uit kan komen alleen maar omdat het een EU-orgaan is.
De verhuizing naar Amsterdam heeft EMA ongeveer 10% van zijn personeelsbestand gekost. EMA hoopt dat dit niet leidt tot vertragingen bij het goedkeuren van producten – farmaceutische bedrijven zouden anders weleens kunnen gaan procederen. Terwijl EMA tijdelijk in een gebouw van Edge Technologies in Sloterdijk zit, zijn DuraVermeer en Heijmans inmiddels begonnen aan de bouw van het nieuwe hoofdkantoor aan de Zuidas.