Het wetsvoorstel om statushouders hun voorrangspositie op de sociale huurmarkt te ontnemen, is in strijd met het recht op gelijke behandeling.
Dat concludeert de Afdeling advisering van de Raad van State in een advies over het wetsvoorstel om de Huisvestingswet 2014 te wijzigen ten behoeve van het verbod. De Afdeling constateert in haar advies dat vergunninghouders een ongunstige uitgangspositie hebben op de woningmarkt. Het wetsvoorstel ontneemt gemeenten de mogelijkheid om deze achterstand met een voorrangsregeling te compenseren. ‘Als een instrument voor het compenseren van ongelijkheid voor één bepaalde groep wordt ingetrokken, terwijl die groep zich niet in een gelijke uitgangssituatie bevindt, leidt dit tot ongelijke behandeling’, aldus de Afdeling advisering.
De regering kondigt maatregelen aan om de positie van vergunninghouders op de woningmarkt te verbeteren en hen in een gelijke startpositie te brengen als andere woningzoekenden, maar volgens de staatsraden is het niet realistisch om te verwachten dat deze maatregelen tijdig het benodigde effect zullen hebben. ‘Vergunninghouders blijven daardoor op achterstand staan. Hierdoor komt het wetsvoorstel in strijd met het recht op gelijke behandeling dat door de Grondwet wordt gewaarborgd.’
Advies: niet indienen
Onder de Huisvestingswet 2014 hebben gemeenten beleidsvrijheid bij het bepalen van urgentiecategorieën. Het gevolg van de regeling die nu wordt voorgesteld, is dat gemeenten helemaal niet meer kunnen beslissen om vergunninghouders als groep voor voorrang in aanmerking te brengen terwijl zij daar bij uitstek toe in staat zijn, zo geeft de Afdeling advisering aan. ‘Het voorstel maakt het voor gemeenten bovendien zeer moeilijk om te voldoen aan de wettelijke taakstelling om vergunninghouders te huisvesten’.
De staatsraden adviseert de regering dan ook om het wetsvoorstel niet bij de Tweede Kamer in te dienen. Eerder gaf demissionair minister van VRO Mona Keijzer aan dat een verbod op voorrang voor statushouders in strijd is met artikel 1 van de Grondwet. De minister wil dit onderdeel van de Wet versterking regie op de volkshuisvesting in samenspraak met de Eerste Kamer repareren. Dat kan aan de hand van een novelle, een nieuw wetsvoorstel om een bestaand, nog niet aangenomen wetsvoorstel te wijzigen.
Een amendement van de PVV waarmee statushouders niet langer automatisch voorrang krijgen bij de toewijzing van sociale huurwoningen, werd vlak voor de zomer door de Tweede Kamer aangenomen. De wet moet nog door de Eerste Kamer worden goedgekeurd.