Feyenoord City is dood, leve Feyenoord City. Op de plek waar jarenlang een nieuw onderkomen voor de landskampioen was gepland, zijn nu woningen voorzien. Het chagrijn over de gebiedsontwikkeling is verdwenen.
De stichting Gebiedsontwikkeling aan de Maas (Stigam) en de gemeente Rotterdam presenteerden tijdens een canvassessie de eerste contouren voor de nieuwe invulling van Waterkant, het deelgebied in Feyenoord City waar eerder onder andere een nieuw stadion voor Feyenoord zou komen. Toen de voetbalclub ruim een jaar geleden de stekker uit het stadionproject trok, moest er een nieuwe bestemming gevonden worden.
Op de plek waar een stadion met 63.000 plaatsen was voorzien, de zogeheten Mallegatplot aan de Maas, zijn nu voorzichtig 170 woningen ingetekend, in grootte variërend van 60 tot 135 m² in het koop- en huursegment en voor verschillende doelgroepen. ‘In totaal zijn in Waterkant 3000 woningen ingetekend, met nog 1000 woningen rondom, vertelt Rob de Jong, directeur van Stigam.
Er ligt een programma van 400.000 m² voor Waterkant. ‘Wie mij kent, weet dat dat ook meer kan worden’, aldus De Jong. ‘We willen niet alleen gave gebouwen neerzetten, maar ook een mooie buitenruimte creëren.’ Het moet een grotendeels autovrije wijk worden, waar woningen, horeca, openbaar vervoer en andere voorzieningen samenkomen.
Het zogeheten Getijdenpark in de Maas speelt daarbij een centrale rol. Dat is te bereiken via een fiets/wandelpad, dat als een ritsluiting door het gebied meandert.
Ontwerpbureaus Effekt, OMA en Lola hebben onder aanvoering van Stigam en het gemeentelijk projectteam Stadionpark een ruimtelijke verkenning uitgevoerd. Dat heeft geleid tot een uitgebreid consultatiedocument, waarin een nieuw perspectief voor het gebied Waterkant beschreven wordt. Het heeft vier ideeën uit honderden mogelijkheden voor een ruimtelijke invulling opgeleverd, waarbij gewerkt wordt met een divers palet aan typologieën en hoogte-accenten. Binnen het raamwerk zijn verschillende bouwvolumes mogelijk.
Stigam en het gemeentelijk projectteam trekken nu samen op in een uitgebreid participatietraject om te komen tot een definitieve invulling. Daarbij merkt Sander Geenen van de gemeente Rotterdam nu al een afnemend chagrijn bij de Rotterdammers. ‘Nu het stadion geen onderdeel meer is van de gebiedsontwikkeling, wordt er veel meer ontspannen over gesproken.’