De Nederlandse huizenprijzen gaan ook dit en volgend jaar verder omhoog. Huizen worden in 2025 naar verwachting gemiddeld 8,6% duurder en in 2026 nog eens 5,7%, meldt RaboResearch in zijn kwartaalbericht Woningmarkt.
Stijgende lonen, groei van het aantal huishoudens, een lage werkloosheid en achterblijvende woningbouw zorgen er volgens de economen van Rabobank voor dat de vraag het aanbod nog steeds ruimschoots overtreft. Ondanks de prijsstijgingen neemt het aantal woningkopen naar verwachting eveneens toe, doordat steeds meer woningbeleggers voormalige huurwoningen uitponden, stellen de onderzoekers.
In 2024 stegen de huizenprijzen met gemiddeld 8,7%, en de verwachting is dat deze trend zich voortzet en daarna licht afvlakt, zegt woningmarkteconoom Stefan Groot van RaboResearch. “Voor dit jaar voorspellen we een gemiddelde prijsstijging van 8,6%, gevolgd door een stijging van 5,7% in 2026. Dat de prijzen blijven stijgen, komt doordat de vraag naar woningen harder groeit dan het aanbod. Dat komt doordat het aantal huishoudens sterker toeneemt dan de woningvoorraad, maar ook door economische factoren.”
Inkomens spelen cruciale rol
De stijgende inkomens van Nederlandse huishoudens spelen hierbij een cruciale rol, gaat Groot verder. ‘In 2024 stegen de cao-lonen met gemiddeld 6,7%, en ook voor de komende jaren verwachten we dat de lonen weer omhoog gaan. Dit geeft potentiële huizenkopers meer leenruimte, wat de vraag naar koopwoningen verder aanwakkert. Daarnaast dalen de kapitaalmarktrentes de komende jaren naar verwachting en dat kan leiden tot lagere hypotheekrentes. Ook dit stimuleert de vraag naar koopwoningen. De onzekerheid over de rente blijft wel groot.’
Gunstig effect uitponden
Een belangrijke ontwikkeling op de woningmarkt is het uitponden, waarbij woningbeleggers voormalige huurwoningen te koop zetten, geeft Groot. ‘Door gestegen rentes, hogere belastingen en strengere huurprijsregulering is het voor beleggers minder aantrekkelijk geworden om huizen te verhuren. In 2024 verkochten zij ongeveer 24.000 woningen aan eigenaar-bewoners, terwijl ze slechts 4.000 woningen aankochten. Hierdoor kwamen er netto 20.000 koopwoningen bij op de markt. Deze trend zorgt voor meer aanbod, vooral in de goedkopere segmenten, en draagt bij aan een toename van het aantal woningverkopen. Waar in 2024 circa 206.000 bestaande koophuizen werden verkocht, voorzien we voor dit en volgend jaar respectievelijk 222.000 en 227.000 transacties.’
De regionale verschillen in huizenprijsontwikkeling zijn nog steeds fors, zegt Groot. ‘Voor dit jaar verwachten we dat de huizenprijzen met 11% het sterkst stijgen in Flevoland, Noord- en Midden-Limburg en in delen van Groningen. De laagste prijsstijging verwachten we in de Kop van Noord-Holland, regio Alkmaar en Groot-Rijnmond. In deze regio’s gaan we uit van een prijsstijging van 7%. In de vier grote steden - Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht - verkopen beleggers relatief veel huurhuizen, waardoor extra aanbod ontstaat en de prijsgroei naar verwachting wat lager uitvalt.’
Herstel woningbouw
Ook goed nieuws voor potentiële huizenkopers is dat de woningbouw verder aantrekt, aldus de econoom. ‘Dit komt mede door de hogere huizenprijzen die het financieel haalbaar maken om bouwprojecten te realiseren die dat eerder nog niet waren. In 2024 zijn er meer dan 67.000 bouwvergunningen verleend, een stijging van 21% ten opzichte van 2023. Hoewel de stikstofproblematiek en het gebrek aan bouwlocaties uitdagingen blijven, zijn er dus wel degelijk lichtpuntjes. Het aantal nieuwbouwwoningen in de pijplijn is toegenomen, en de werkvoorraden bij woningbouwbedrijven wijzen op ruimte voor verder herstel in 2025.’