De woonoppervlakte per Nederlander was vorig jaar gemiddeld 53 m2, zo blijkt uit het nieuwe woononderzoek van het CBS.
Eerder werd al bekend dat het CBS stilzwijgend het gemiddelde woonoppervlak per Nederlander naar beneden had bijgesteld. Het bureau hanteert sinds dit jaar een andere rekenmethode.
De grootte van de woonruimte per persoon verandert met ontwikkelingen in de levensloop, zoals samenwonen, kinderen krijgen, scheiden of verweduwen. Jonge mensen starten met een woonruimte van gemiddeld 56 m2. Ouderen hebben gemiddeld 79 m2 tot hun beschikking.
Alleenstaanden wonen gemiddeld op 87 m2. Bij huishoudens met kinderen is dit ruim de helft minder (39 m2) en bij stellen zonder kinderen komt het CBS op 63 m2. Onder alleenstaanden zijn er grote verschillen. Alleenstaande 15- tot 30-jarigen wonen gemiddeld op 60 m2; alleenstaande 70-plussers kunnen van gemiddeld 104 m2 genieten. Het zijn vooral vrouwen die in grotere huizen wonen. Dit komt omdat er meer dan twee keer zo veel oudere alleenstaande vrouwen (583 duizend), als oudere alleenstaande mannen (241 duizend) zijn.
Mensen van 70 jaar of ouder, de leeftijdsgroep die dus gemiddeld de meeste woonoppervlakte heeft, wonen over het algemeen het grootst langs de oostgrens van Nederland. In Groot-Rijnmond (68 m2), Groot-Amsterdam (67 m2) en de Zaanstreek (68 m2) wonen zij het krapst.