Aantal jonge huizenkopers met aflossingsvrije hypotheek stijgt met 14 procent

Het aantal jonge huizenkopers dat in het eerste kwartaal van 2021 een (deels) aflossingsvrije hypotheek heeft afgesloten, is met maar liefst 14 procent gestegen in vergelijking met dezelfde periode een jaar geleden.

In de afgelopen twee jaar was zelfs sprake van een groei van 46 procent, blijkt uit cijfers van De Hypotheker.

Het gaat om huizenkopers tussen 25 en 35 jaar. Ook bij andere leeftijdscategorieën neemt de populariteit voor de aflossingsvrije hypotheek onder huizenkopers toe, zoals bij de leeftijdscategorie 45 tot 55 jaar en 55-plussers (+4 procent). Alleen bij de leeftijdscategorie 35 tot 45 jaar is sprake van een lichte daling.

Wie voor aflossingsvrij kiest, kan geen gebruikmaken van de hypotheekrenteaftrek, maar omdat de rente zo laag is, nemen kopers dat voor lief.  

Tot voor kort werd de aflossingsvrije hypotheek vooral gekozen door huizenbezitters die al eerder een (deels) aflossingsvrije hypotheek hadden. Door het overgangsrecht mogen (aflossingsvrije) hypotheken die zijn afgesloten voor 2013 worden meegenomen in een nieuwe hypotheek, met behoud van de toen geldende fiscale regels zoals de hypotheekrenteaftrek. Bovendien kunnen huizenbezitters die verhuizen naar een volgende woning vaak een overwaarde inzetten bij de aankoop van een nieuwe woning en hoeven zij in verhouding tot de woningwaarde minder te lenen.

‘Hoewel starters bij een aflossingsvrije hypotheek minder profiteren van een fiscaal voordeel in de vorm van de hypotheekrenteaftrek,’ aldus De Hypotheker, ‘wegen de lagere maandlasten hier – mede door de lage rente – voor veel jonge huizenkopers duidelijk tegenop. Zo kunnen zij netto al 100 euro per maand besparen als zij kiezen voor een hypotheek van 350.000 euro bij een aflossingsvrij deel van 20 procent en 259 euro bij een aflossingsvrij deel van 50 procent, bij een rentevaste periode van 20 jaar voor 1,9 procent. Hierbij is het verschil in hypotheekrenteaftrek ook verrekend.’