De arbeidsproductiviteit in de bouwsector blijft achter ten opzichte van andere sectoren, constateert ING. Dat draagt substantieel bij aan de stijgende bouwkosten, waardoor de financiële haalbaarheid van verduurzaming en woningbouw wordt bemoeilijkt.
ING Research meldt dat de arbeidsproductiviteit in de bouwsector al decennialang minder hard groeit dan in andere sectoren. ‘Waar de industrie haar productiviteit sinds 1996 meer dan verdubbelde, bleef deze groei in de bouw steken op circa 30%. Dit heeft geleid tot stijgende bouwkosten en bemoeilijkt het realiseren van maatschappelijke doelen zoals verduurzaming en woningbouw.’
Met andere woorden: de hoeveelheid arbeid die nodig is om iets te produceren in de bouw daalt minder snel dan in andere sectoren. ‘Doordat de lonen in de bouw wel toenemen, stijgen de bouwkosten harder voor opdrachtgevers en consumenten.’
Arbeidskrapte minder in de bouw
De sector blijkt beter in staat om de krappe arbeidsmarkt het hoofd te bieden dan veel andere sectoren. In 2025 kan gemiddeld 20% van de bouwbedrijven niet alle werkzaamheden uitvoeren door een gebrek aan personeel; in Nederland is dat gemiddeld voor alle bedrijven 25%. Het aantal werkzame personen in de bouw steeg tussen 2015 en 2024 van 448.000 naar 594.000.
Indirect profiteert de bouw ook van productiviteitswinsten in bijvoorbeeld de industrie, geeft ING aan. ‘Daar daalde het aantal werkzame personen juist in dezelfde periode. Deze vaak technisch geschoolden gaan dan soms in de bouw werken.’ Een extra productiviteitsgroei van 20% zou de vraag naar bouwpersoneel met ruim 100.000 personen kunnen laten afnemen, wat de sector minder kwetsbaar maakt voor toekomstige tekorten, rekenen de onderzoekers voor.
Industrialisatie vergroot productiviteit
Door digitalisering en industriële bouwconcepten als prefab en modulair bouwen, zijn er veel relatief kleine bedrijven bijgekomen die jaarlijks circa 50 tot 100 woningen industrieel produceren. ‘Vooral in de nieuwbouw van woningen en bedrijfsgebouwen heeft dit geleid tot een hogere arbeidsproductiviteit.’ Maar als geheel blijft de bouwsector achter omdat standaardisatie lastig is en de vraag grillig. ‘Industrieel bouwen biedt kansen, maar ondernemers moeten alert zijn op overcapaciteit en financiële risico’s’, aldus Jan van der Doelen, ING sector banker Building & Construction. ‘Flexibiliteit behouden, ketensamenwerking en streven naar een voorspelbare afzet bij opdrachtgevers is daarbij cruciaal.’
Overcapaciteit dreigt
De maximale industriële bouwcapaciteit loopt richting 2028 op tot ruim 80.000 woningen per jaar, terwijl het nog maar de vraag is of het aantal daadwerkelijk gebouwde woningen het huidige aantal van rond de 70.000 flink gaat overtreffen. ‘Daarbij is lang niet iedere nieuwbouwwoning geschikt voor industriële bouw. Hierdoor dreigt overcapaciteit.’ En dat leidt weer tot prijsconcurrentie en druk op de marges, waardoor met name relatief kleinere industriële bouwers in de knel kunnen komen. ‘Koplopers die inzetten op digitalisering en industrialisatie en kunnen opschalen profiteren wel tijdelijk van lagere kosten en hogere marges. Maar zodra meer bedrijven volgen, dalen de prijzen sectorbreed en verdwijnen de extra winsten.’
De huizenprijzen hoeven echter niet te dalen, denkt ING, want de grondeigenaar en/of projectontwikkelaar zal de goedkopere bouwkosten afromen door een hogere grondprijs te vragen.
