De wetgever heeft bij box 3 het deksel al keihard op de neus gekregen, maar tuigt nu weer een andere onteigeningsmaatregel op, stelt columnist Ton Oostenrijk.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 11, 24 november 2023
‘Tax to the Max’. We hebben het dan niet over de woonplaats van Max Verstappen, die zijn woonplaats natuurlijk gewoon zelf mag kiezen, maar een binnen ons kantoor veel gehoorde slogan als de belastinginspecteur (Belastingdienst) een – verplichte – bijdrage ‘vraagt’ van een bedrijf of burger die in de ogen van de slogan aan de hoge kant is. Een slogan die we, lang geleden, toen ik nog de eerste foto’s maakte met een klein Nokia-telefoontje, tijdens een ‘pitstop’ op het kantoor van de Belastingdienst aantroffen. Uiteraard ludiek bedoeld, daar ga ik tenminste vanuit, maar toch…
Deze slogan lijkt onderhand ook te hebben postgevat bij de wetgever (ik gebruik hier bewust ‘de wetgever’ in plaats van ‘onze wetgever’). Tegenwoordig lijken de belasting(tarieven) wel zonder reële slag of stoot te worden verhoogd en lijkt de grondslag waarover dit tarief wordt toegepast te worden verbreed. Met ingang van 2024 wordt bijvoorbeeld het tarief van de inkomstenbelasting in box 3 verder verhoogd naar 36%, het tarief in box 2 – aanmerkelijk belang – naar 33% en wordt niet overal de indexatie van tariefschalen doorgevoerd. Zo wordt er meer afgedragen zonder dat de gemiddelde burger dit in de gaten heeft.
De grens voor lenen bij de eigen BV gaat per 1 januari 2024 naar € 700.000 en per 1 januari 2025 naar € 500.000. Wellicht ook een overweging om iets meer dividend uit te keren in plaats van te wachten tot volgend jaar. Ja, ik weet het: de liquiditeiten moeten er dan natuurlijk wel zijn. De toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) bij schenking en vererving wordt in de nabije toekomst ook flink beknot voor ondernemingen in vastgoed. Bij fictie wordt, vanaf 1 januari 2025, verhuurd of aan derden ter beschikking gesteld vastgoed bestempeld als beleggingsvermogen. Gevolg hiervan; het effectieve tarief van de schenk- of erfbelasting schiet omhoog.
Het gaat maar door, zo lijkt het. Terwijl de wetgever bij box 3 het deksel al keihard op de neus heeft gekregen, tuigt ze in de vennootschapsbelasting weer een andere onteigeningsmaatregel – verder – op: de generieke aftrekbeperking voor rente. Op grond van deze aftrekbeperking is het saldo van rentelasten minus -baten niet direct aftrekbaar als dit meer bedraagt dan 20% van de fiscale Ebitda (gecorrigeerd fiscaal resultaat). Het gevolg hiervan is dat er winst kan worden belast die (feitelijk) niet is gemaakt. En dit zal de komende tijd zeker niet minder worden met de huidige en oplopende rentetarieven, die overigens in het algemeen ook nog eens worden belast bij de verstrekkende bank.
Nu kun je in veel gevallen nog wel onder deze vorm van excessieve heffing uitkomen door gebruik te maken van een safe harbour, de grens van € 1 mln, tot waar de aftrekbeperking dan niet geldt. Deze grens geldt per vennootschap, dus vastgoed spreiden over meerdere vennootschappen resulteerde in een reguliere in plaats van een excessieve belastingdruk op vastgoedinkomsten.
Het ministerie van Financiën heeft aangekondigd dat ze wil dat deze grens komt te vervallen wanneer sprake is van verhuurd vastgoed. Het is dan mogelijk dat er effectief meer dan 100% belasting wordt geheven. Vandaar de keus voor het woord ‘onteigening’ hiervoor. Dit levert bij invoering dus een exorbitant hoge belastingdruk op. U hoeft en kunt hier niet voor naar de onteigeningskamer, maar gewoon naar de belastingrechter.
Dan iets anders, of misschien ook niet. Ik las in het boek ‘Mijn eerste 18 jaar’, dat koningin Juliana op 8 november 1962 zwaaide naar een stoet met bouwmaterialen en gereedschappen vanaf een balkon van het miljoenste huis dat na de oorlog was opgeleverd, 17 jaar na de oorlog. We kunnen het nu ongetwijfeld sneller, maar we gaan het naoorlogse tempo niet halen met dit soort beleid.
Ton Oostenrijk MRE is belastingadviseur bij RechtStaete