Locatus: Amsterdam en Utrecht halen niet meer dan derde van normale aantal passanten

Amsterdam en Utrecht hebben nog maar een derde van hun normale aantal passanten, zo blijkt uit tellingen van Locatus afgelopen zaterdag.

In totaal telde Locatus op 264 plekken in 17 steden in Nederland en België. Gemiddeld lag het aantal passanten op die plekken op 43% van het gebruikelijke aantal. Grote centra, die sterk afhankelijk zijn van toeristen en het openbaar vervoer, blijven in passantenaantallen veel verder verwijderd van hun historische aantallen, dan kleinere centra. In bijvoorbeeld Gouda, Hilversum en Apeldoorn ligt het percentage boven 50%.

Binnen steden blijken topstraten het relatief slechter doen dan de aanloopstraten. De drukste straten binnen een winkelgebied kennen de sterkste terugloop van de passantenaantallen. Daar zijn volgens Gert Jan Slob, directeur van Locatus twee redenen voor. “Allereerst zal het winkelend publiek de grootste drukte mijden en dus meer kiezen voor de rustigere delen van het centrum. De andere reden zal zijn dat juist in de drukke straten de meeste beperkende maatregelen zijn genomen, zoals een strak georganiseerd eenrichtingsverkeer en gedeeltelijke afsluitingen. Fysiek passen in deze topstraten op dit moment dan ook gewoon minder mensen.”

De afgelopen weken heeft Locatus regelmatig verslag gedaan over de ontwikkeling van de passantenaantallen in coronatijd. Vanaf half april was sprake van een redelijk snel herstel van de drukte in binnensteden en op 23 mei lagen de passantenaantallen weer op 56% van wat ze voor corona waren. Vanaf 23 mei blijft het aantal elke zaterdag stabiel.

 

img
Redacteur
Profiel