Flexcity’s komen maar moeizaam tot stand

Het Rijk wil de komende anderhalf jaar 37.500 flexwoningen voor met name spoedzoekers plaatsen, maar ze raakt ze voorlopig aan de straatstenen niet kwijt, zo blijkt uit antwoorden op vragen die Het Financieele Dagblad aan minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting) stelde.

Overal in Nederland moeten flexcity’s verrijzen, buurten met modulaire woningen nabij faciliteiten als scholen en winkels. Het Rijksvastgoedbedrijf bestelde eind vorig jaar 2000 flexwoningen. Het kabinet ziet de tijdelijke huizen, die snel op te bouwen zijn, als belangrijk wapen in de strijd tegen de woningnood.

Maar dan moeten woningcorporaties en gemeenten wel meewerken. Corporaties lopen nu tegen exploitatierisico’s aan. De flexhuizen staan er uiterlijk vijftien jaar, waardoor het lastig wordt om de investering terug te verdienen. Gemeenten vrezen voor weerstand van omwonenden. Daarnaast passen de tijdelijke huizen niet altijd in de plannen voor een gebied. Ze zijn te hoog of juist te laag en ze worden in principe opgeleverd vanaf 48 stuks, een te groot aantal voor bepaalde kavels.

Flexwoningen in opslag

Een deel van de eerste 800 woningen die moesten worden geplaatst, verdwijnt nu in opslagloodsen. Zo staan er volgens het FD ongeveer 100 in het Utrechtse Lopik. Minister De Jonge erkent dat het vinden van geschikte locaties ‘weerbarstiger’ verloopt dan werd gehoopt. Delft is tot nu toe de enige gemeente waar een flexcity van 84 modulaire woningen wordt gecreëerd. De gemeente tekende daarvoor vorige week een koopovereenkomst met het Rijksvastgoedbedrijf. Daarnaast hebben Goes, Apeldoorn, Doetinchem en Almere een fysieke herplaatsingsgarantie afgegeven. Zij onderzoeken of er grond beschikbaar is waar flexwoningen langer kunnen blijven staan. Het Rijk heeft daarvoor een potje van € 88 mln gereserveerd.

Stimuleringsregeling

Voor een financiële herplaatsingsgarantie, het verplaatsen van de tijdelijke huizen na de exploitatieperiode, is € 220 mln beschikbaar gesteld. Daarnaast heeft het kabinet de Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen in het leven geroepen. Deze regeling, waarmee tot en met 2026 € 300 mln is gemoeid, moet de ‘onrendabele top’ van projecten afdekken.  

Overigens heeft Aedes, branchevereniging voor woningcorporaties, samen met 36 bouwbedrijven een overeenkomst afgesloten voor het afnemen van 8000 flexwoningen in 2023. In de twee opvolgende jaren moeten er jaarlijks 10.000 modulaire woningen worden aangeschaft. Minister De Jonge wil dit jaar 12.000 woningen in flexcity’s plaatsen.