Veel Nederlandse woningbezitters kiezen liever voor woningisolatie en vakantie dan dat ze investeren in maatregelen tegen storm, droogte en wateroverlast. Dat blijkt uit de nieuwste Nationale Keuzestress Monitor van marktonderzoeksbureau MSI Consultants.
Huiseigenaren zijn zich wel bewust van mogelijke schade aan hun huis door extreem weer, maar investeren in (voorzorgs)maatregelen en extra zekerheid hebben geen prioriteit. Bijna de helft laat eerder zijn of haar woning isoleren en vier op de tien huizenbezitters gaat liever op vakantie dan dat ze betalen voor een extra verzekering, zo laat het onderzoek onder ruim 1000 woningbezitters zien.
Ondanks legio recente voorbeelden van weerschade, zoals watersnood door overstroomde rivieren en windhozen, denkt 43% de komende vijf jaar geen risico te lopen op natuurschade door extreme weersomstandigheden. In Limburg, waar in 2021 een watersnood voor € 1,8 mrd schade aanrichtte en inwoners eind 2023 werden geteisterd door hoogwater, wijkt het sentiment af van het landelijke beeld. Onder Limburgers denkt 35% de komende vijf jaar geen natuurschade te riskeren.
Angst voor storm
Van alle weersextremen zijn Nederlanders het bangste voor schade door storm; met 51% scoort dit risico veel hoger dan waterschade, want daar vreest niet meer dan 27% van de Nederlanders het meest voor. Zuid-Holland laat een afwijkend beeld zien. Hoewel er veelvuldig stormen woeden, is de angst voor stormschade er met 45% een stuk lager. En de vrees voor waterschade met 36% juist fors
Slechts een vijfde van de respondenten neemt in zeer grote mate of grote mate maatregelen ter bescherming van zijn of haar woning. Daarbij gaat het in veel gevallen om ‘regelmatig onderhoud’ en niet om specifieke investeringen, zoals het versterken van de fundering, verbeteren van de riolering of het installeren van een pomp in de kelder. Van de mensen die bereid zijn tot actie wil ongeveer 30% maximaal € 1.000 inleggen om klimaatschade te voorkomen of te beperken. Slechts 16 % wil meer dan € 5.000 investeren.
Kosten spelen ook op andere vlakken een belangrijke rol. In geval van klimaatschade maken we ons bijvoorbeeld het meest zorgen om de kosten van het herstel (48 %), significant meer dan het verlies van persoonlijke bezittingen (38 %). En als de premie omhooggaat, zodat we beter gedekt zouden zijn tegen natuurschades, moeten alleen mensen in een risicogebied die kosten betalen en niet alle Nederlanders, vindt meer dan een derde van de respondenten.
‘Weer een regeltje’
Over de mogelijke komst van een klimaatlabel lopen de meningen uiteen. Zo’n label moet ervoor zorgen dat de risico’s op woningschade door extreem weer inzichtelijk worden zodat huizenkopers weten waar ze aan toe zijn. Nog niet de helft van de ondervraagden (44%) ziet zo’n klimaatlabel wel zitten. Voorstanders roemen de duidelijkheid en zekerheid voor potentiële kopers. “Je bent op voorhand gewaarschuwd’, zegt een ondervraagde.
Tegenstanders reageren met ‘weer een regeltje…zucht’ en ‘weer een label dat geld kost en niets opbrengt’. Ook stellen sommigen dat het juist oneerlijkheid in de hand werkt. “Mensen in Groningen kunnen er niets aan doen dat hun huis op de verkeerde plek staat, maar hierdoor wordt hun huis wel een stuk minder waard’. Een andere respondent wijst op de huidige markt: “De huizenmarkt is al klein, laten we die niet nòg kleiner maken.”