Kabinet investeert in wonen en bouwen

Investeren in wonen en bouwen is en blijft topprioriteit van het Kabinet, en daarom komt het vandaag met nieuwe maatregelen bovenop de investering van € 2 mrd in woningbouw van vorig jaar en de maatregelen om door te bouwen die in mei bekend zijn gemaakt. De Neprom en VBO zijn positief, de NVM vraagt om een noodplan.

– Er is € 100 mln jaarlijks gereserveerd tot en met 2030, € 1 mrd in totaal, voor bronmaatregelen om een drempelwaarde of partiële vrijstelling voor de bouw in te kunnen voeren als onderdeel van de stikstofaanpak.
– Het Rijk grijpt actiever in door voor de woningbouwimpuls extra middelen in te zetten en middelen naar voren te halen. In 2021 is € 450 mln voor de woningbouwimpuls beschikbaar.
– Starters krijgen vrijstelling van de overdrachtsbelasting. De overdrachtsbelasting voor beleggers gaat omhoog.
– Door € 100 mln aan investeringen naar voren te halen en € 50 mln extra te investeren komen er 15.000 tot 25.000 woningen extra bij.
– De besluitvorming over 14 grote woningbouwlocaties wordt versneld en met gemeenten en provincies worden duidelijke afspraken gemaakt over het aantal te bouwen woningen. Er komt € 20 mln extra beschikbaar voor de flexpools.
– De eerste stappen om een actief grondbeleid te voeren en een Rijksontwikkelbedrijf op te zetten, worden gezet.
– Er komt € 20 mln beschikbaar voor de transformatie van winkels en kantoren tot woningen.
– Woningcorporaties gaan snel 150.000 woningen bouwen en krijgen meer ruimte om middenhuur te realiseren door het tijdelijk buiten werking stellen van de marktverkenning
– Doorbouwgarantieregeling wordt verder uitgewerkt
– Voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving komt er extra € 75 mln beschikbaar.
– In 2021 worden de huren van dure scheefwoners verlaagd. Het gaat dan om huurders van een sociale huurwoning van woningcorporaties waarbij de huur te hoog is in verhouding tot het inkomen. In totaal gaat het om naar schatting 260.000 huurders die in aanmerking komen voor dit recht op eenmalige huurverlaging tot de eerste zogenoemde aftoppingsgrens. Gemiddeld komt de huurverlaging neer op € 40 per maand per huishouden.

VBO kijkt ook naar agrarische bebouwing
VBO kan zich goed vinden in deze maatregelen, maar vindt wel dat volgend jaar moet blijken dat deze maatregelen bij elkaar de nodige woningen opleveren. ‘Er moet niet alleen maar gekeken worden naar leegstaande winkels en kantoren maar ook naar vrijstaande agrarische bebouwing (VAB). Het idee is om dit bij het Rijksontwikkelbedrijf onder te brengen.’

NVM vraagt om noodplan
De NVM roept het kabinet en de Tweede Kamer op om voor 661.500 mensen met een noodplan te komen voor de woningmarkt. De vereniging is blij dat er een financiële injectie van het kabinet komt om de woningmarkt vlot te trekken, maar die is niet toereikend. ‘Het is een mooie eerste stap, maar het gaat simpelweg niet snel genoeg. In 2018 is het jaarlijks bijbouwen van 75.000 woningen niet gelukt, in 2019 niet en dit jaar waarschijnlijk ook niet. De woningnood staat wel op de politieke agenda, maar nog lang niet hoog genoeg. Het lijkt wel alsof de échte urgentie nog niet gevoeld wordt. Dit raakt ons echt allemaal. Dat zouden de politieke partijen richting de verkiezingen toch moeten beseffen. Het oplossen van de woningnood is goed voor álle Nederlanders. Het bouwen van huizen levert namelijk ook banen op, zorgt voor een versnelling in de verduurzaming van woningen en jaagt de economie fors aan.’
De NVM kijkt met argusogen naar het voorstel van het kabinet om de overdrachtsbelasting te differentiëren. ‘Meer woningaanbod, in combinatie met beleid dat aandacht heeft voor de lokale verschillen zien wij als een betere oplossingsrichting.’
De NVM vindt actie op de korte termijn van het grootste belang en roept het kabinet op om op korte termijn met een noodplan te komen, vooruitlopend op een structurele en toekomstbestendige inrichting van de woningmarkt.

Neprom is positief: ‘Nu doorpakken!’
De Neprom, de vereniging van projectontwikkelaars, reageert positief en benadrukt dat de politiek nu doormoet pakken om de woningbouw echt naar een structureel hoger niveau te brengen. Volgens de Neprom is er meer nodig om woningzoekenden een reëel perspectief op een woning te bieden. ‘Cruciaal voor de woningproductie is dat er snel meer en grotere woningbouwlocaties beschikbaar komen. Het Rijk moet hier veel strakker op sturen.’
De Neprom benadrukt dat dit het moment is om de woningbouw te benutten als een van de groeimotoren. ‘Daarvoor is het noodzakelijk dat het Rijk ook mee-investeert in grote gebiedsontwikkelingen, omdat het gemeenten en marktpartijen aan investeringskracht ontbreekt. Het oprichten van een Rijksontwikkelbedrijf is een belangrijke eerste stap. Ook moet de eenmalige woningbouw­impuls van € 1 mrd structureel worden.’
De organisatie is kritisch over de overdrachtsbelastingsmaatregelen. ‘Die leidt niet tot verhoging van de woningproductie. Wij pleiten voor het verhogen van de budgetten voor startersleningen. Ronduit negatief zijn we over het verhogen van de overdrachtsbelasting naar 8% voor woningcorporaties en beleggers. Dat heeft grote negatieve invloed op de investeringscapaciteit en remt de nieuwbouw en zorgt voor grote problemen in de uitvoering.’
De ontwikkelaars benadrukken dat de vraag op de woningmarkt nog nauwelijks te leiden heeft gehad onder de coronacrisis en dat het nu zaak is om de vele woningzoekenden een perspectief te bieden. Volgens de Neprom geeft het kabinet nu een positief signaal af, maar moet er meer gebeuren en moet de politiek de beloftes nu waarmaken.