De invoering van het plan om belasting te gaan heffen over het werkelijke rendement in box 3 is op basis van onderzoek door Capgemini uitgesteld tot 2026. De overbruggingswetgeving volgens de zogenaamde spaarvariant blijft daarom een jaar langer bestaan.
In het coalitieakkoord was afgesproken om het nieuwe stelsel in 2025 in te voeren. Het kabinet wil belasting over inkomsten uit vermogen gaan heffen op basis van het werkelijk behaalde rendement. Uitgangspunt is dat je inkomsten verdient met je vermogen. Bijvoorbeeld rente op spaargeld, of rendement op beleggingen als vastgoed. Er wordt nu nog gerekend met een vast percentage waar je belasting over betaalt. Het kabinet wil dat aanpassen, waardoor je alleen belasting betaalt over je echte inkomsten uit vermogen.
'Nieuw winststelsel'
In de kern kwam het voorstel volgens Professor Tom Berkhout (Nyenrode Business University) neer op een nieuw winststelsel, ditmaal voor box 3. 'De belastingplichtige mag een heuse balans met een winst- en verliesrekening opstellen en een ware boekhouding gaan voeren met onttrekkingen (bijvoorbeeld verkocht vastgoed) en stortingen (bijvoorbeeld verbeteringen en investeringen).'
Het kabinet heeft op basis van een onderzoek van Capgemini besloten om dit uit te stellen tot 2026. Spaarders zullen tijdens de overbruggingsfase vrijwel geen belasting in box 3 betalen als het rendement op spaargeld op het huidige lage niveau blijft. De budgettaire derving van het uitstel is eenmalig € 385 miljoen. Deze derving is meegenomen in de augustusbesluitvorming.
Tegenvaller van € 385 mlrn
De uitspraak over box 3 van de Hoge Raad eind december vorig jaar heeft druk gelegd op het tijdpad. Daarom is besloten om opnieuw een extern onderzoek te laten doen door Capgemini naar de haalbaarheid van het tijdpad, zoals ze ook voor het coalitieakkoord al hadden bekeken. Uit het onderzoek volgt dat de al gesignaleerde risico’s zijn toegenomen en dat er aanvullende risico’s zijn bijgekomen. Capgemini acht een succesvolle implementatie in 2025 niet realistisch.'
Overbruggingswetgeving
Voor de jaren tot de nu voorziene invoering werkt het kabinet aan overbruggingswetgeving. In die tijdelijke wetgeving wordt alvast uitgegaan van de werkelijke verdeling van spaargeld en beleggingen en van het werkelijke rendement daarop, in plaats van een fictieve verdeling. Hierdoor wordt al zo goed mogelijk aangesloten bij het werkelijk behaalde rendement. Spaarders betalen – net zoals bij het stelsel op basis van werkelijk rendement – bij de huidige lage rentestanden daardoor vrijwel geen belasting in box 3. Deze wetgeving maakt onderdeel uit van het pakket Belastingplan 2023 dat met Prinsjesdag naar de Tweede Kamer wordt gestuurd. Met Prinsjesdag maakt het kabinet ook de besluitvorming over niet-bezwaarmakers in box 3 bekend.