‘Iedereen wil regie, niemand wil bemoeienis’, zei minister Hugo de Jonge vanmorgen bij de opening van de Dag van de Projectontwikkeling in de Fokker Terminal in Den Haag.
Het was een volle bak aan de Binckhorstlaan. Pakweg 900 vertegenwoordigers van ontwikkelaars, gemeenten en andere stakeholders waren afgekomen op de eerste livebijeenkomst in 3 jaar. Dit jaar onder de noemer ‘Een beloofd land’.
Het hoofdgerecht van de morgen was minister Hugo de Jonge. De aanpak van De Jonge kon bij voorbaat rekenen op waardering van Neprom-directeur Desirée Uitzetter. ‘Er komen afdwingbare afspraken, onder meer door procedures te versnellen, meer beschikbare locaties en meer regie van het Rijk.’
De Jonge voelde zich als domineeszoon wel senang bij het thema Het beloofde land. ‘Het is bijna een kerkdienst. U verwacht wellicht een Martin Luther King- of Obama-achtige speech, maar zat zit niet in me.’ Wel leunde De Jonge nadrukkelijk op de campagne van Barak Obama bij diens uitverkiezing tot president van de Verenigde Staten in 2008. ‘Hij had het over het activeren van mensen om zelf verantwoordelijkheid te nemen. Obama had het over ‘We are the change’. Dat vind ik een mooi appel. Doorgaans wordt er wel heel erg naar de overheid gewezen. Juist bij ontwikkelaars zelf zit een enorme drive. Er is het besef dat dit de tijd is waarop we zitten te wachten.’
Er is volgens De Jonge een enorme klus te klaren. ‘We staan er heel slecht voor. Er is een geweldig tekort aan woningen, en dat zal eerst nog groter worden. Er is niet alleen een mismatch tussen vraag en aanbod, maar er is een heel groot tekort aan betaalbare woningen dat mensen echt raakt. Niet alleen als je zelf in die situatie zit, maar ook de gedachte dat het je kinderen nooit gaat lukken om een betaalbare woning te vinden. Het raakt aan de bestaanszekerheid. Inmiddels is wonen het thema waar mensen zich de meeste zorgen over maken. Kennelijk weten we de belofte niet waar te maken dat er voor iedereen een plekje onder zon is.’
Daarna schetste de minister de uitdagingen. ‘Voor komende 10 jaar hebben we 1 miljoen mensen extra te huisvesten, los van het huidige tekort. Daarnaast zijn er de energietransitie en de klimaatadaptatie. Die klimaatverandering gebeurt al gewoon. Ook de landbouw staat voor een transitie. Dit betekent dat de overheid veel meer regie zal moeten nemen. We hebben een prachtige traditie van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening die nu weer terugkomt. We hebben veel te lang geloofd dat de markt vraag en aanbod in evenwicht zou brengen.’
Hij had enige geruststellende woorden voor de projectontwikkelaars. ‘Natuurlijk hebben we jullie nodig. Maar je hebt wel een overheid nodig die moet sturen en beschermen, die de regie moet nemen. Decentralisatie gaat niet werken.’ Maar, zo waarschuwde hij: ‘Iedereen wil regie, niemand wil bemoeienis. Het enthousiasme raakt er uiteindelijk wel vanaf.’
De Jonge heeft hoge verwachtingen over het inlopen van de woningnood. ‘We moeten veel beter plannen, in gezamenlijkheid met ontwikkelaars. Tot 2030 hebben we nu 900.000 nieuwe woningen voorzien. Bij de planning gaan we die over de verschillende provincies verdelen. In het vierde kwartaal moet dit leiden tot concrete afspraken, zodat we daadwerkelijk groeien naar 100.000 woningen per jaar.’
Twee derde van de woningen moet een huur hebben van maximaal € 1000 of het moet gaan om betaalbare koop van tot de NHG-grens. Berekend over de 900.000 voorziene woningen moet het gaan om 250.000 sociale huurwoningen tot 2030 en 350.000 betaalbare koopwoningen en woningen met een middenhuur tot € 1000.
De Jonge zegt te beseffen dat projectontwikkelaars het lastig vinden om op deze manier projecten rond te rekenen: ‘Misschien moet je dan kijken naar het aantal vierkante meters. Maar ik denk ook aan het stimuleren van fabrieksmatige bouw. Eenvormigheid is iets van vroeger.’
Waardering had hij voor de indrukwekkende lijst van locaties waar volgens de Neprom gebouwd kan worden. ‘Dat is geen belofte dat iedere locatie ingevuld wordt. Het potje voor infra is niet onuitputtelijk. Ook zijn er disputen tussen provincies en gemeenten, zoals bij de Gnephoek. Soms moet je gewoon tot de conclusie komen dat een bepaalde locatie hem niet wordt, of juist wel, maar dan net wat anders.’
Ook de procedures voor de vergunningaanvraag worden wat hem betreft versoepeld. ‘Tot nu toe verdedigen die vooral de belangen van mensen die al een huis hebben. Op de publieke tribune bij de gemeenteraad zitten altijd mensen die het niet eens zijn met de bouwplannen. Het is onze taak om mensen te helpen verdedigen die nog geen huis hebben. Het hele strategische omgaan met bezwaar raakt aan het waarmaken van die belofte.’