Sinds 2021 zijn 30.335 huurwoningen van de markt verdwenen, zo becijfert vastgoedadviseur Colliers. Van een massale uitpondgolf lijkt echter nog geen sprake.
Colliers ging aan de slag met de uitspraak van demissionair woonminister Hugo de Jonge, naar aanleiding van de jongste Kadastercijfers, dat het eigenlijk wel meevalt wat betreft de voorziene verkoopgolf van woningbeleggers op de Nederlandse markt. Op basis van krasse aankondigingen van kleine en grote beleggers die vanwege de oplopende regulering van hun bezit af zouden willen, werd een flinke uitpondgolf verwacht.
Dat valt in de praktijk wel mee, zo blijkt inderdaad uit cijfers van het Kadaster. Het aantal verkopen door kleine en grote beleggers daalde juist in 2023. Vorig jaar verkochten beleggers 33.409 woningen, flink minder dan de 43.652 in 2022.
Pas op de plaats bij aankopen
Maar dat is niet het gehele verhaal, zo laat Coliers zien. Beleggers maken wel degelijk een pas op de plaats, als het gaat om het investeren in Nederlandse woningen. Ze kochten in 2023 slechts 19.134 woningen, ongeveer de helft vergeleken met een jaar eerder.
Licht groeiend marktaandeel
Al sinds 2021 verkopen beleggers per saldo meer woningen dan zij kopen. Daarmee zijn in drie jaar tijd liefst 30.335 woningen van de huurmarkt verdwenen. Toch is het aandeel van investeerders op de woningmarkt de afgelopen jaren volgens het Kadaster licht toegenomen van 8,6% in 2021, en 9,0% in 2022 naar 9,4% in 2023. Dat komt door toevoegingen aan de woningvoorraad, bijvoorbeeld in de vorm van nieuwbouw, woningsplitsingen en transformaties van bijvoorbeeld kantoorpanden.