Maar liefst 70% van alle gemeenten voert voor 2022 een grondprijsstijging voor woningbouw door.
Meer dan voorgaande jaren zijn gemeenten alert op het verhogen van de grondprijs. Ook voeren ze vaker een actief grond(prijs)beleid voor woningbouw en voor bedrijventerreinen. Toch verhogen gemeenten de grondprijzen niet altijd marktconform. Dat kan samenhangen met de wens woningen betaalbaar te houden, met risicomijdend gedrag of een politieke keuze. Dit blijkt uit de jaarlijkse Benchmark Gemeentelijke Grondprijzen 2021-2022 van ruimtelijk-economisch adviesbureau Stec Groep.
Als het gaat om grondwaardestijging ontbreekt het nog teveel aan bewustzijn, aldus Stec Groep, dat gemeenten oproept om de prijsverhogingen beter te motiveren en om te monitoren of de doelstellingen die zij met hun prijsbeleid willen behalen worden gerealiseerd.
Nu de marktwaarde van woningen en de grond onder die woningen in 2021 flink is gestegen zien we dat gemeenten alerter zijn geworden. Het aandeel gemeenten dat de grondprijzen voor woningbouw gelijk laat is dan ook gedaald van 20% in 2021 naar 7% voor 2022.
Maar liefst 70% van alle gemeenten voert voor 2022 een grondprijsstijging voor woningbouw door. Vorig jaar deed slechts de helft dit. Die prijsstijging loopt uiteen van 2,5 tot 5,0% (30% van de gemeenten) en meer dan 5% (circa 30% van de gemeenten). Gemiddeld komt dit neer op een prijsstijging van 4,5%, waar dit over 2021 nog 3,75% was (zie figuur 1). Het zijn de G40-gemeenten waar de grondprijs het vaakst en het meest wordt verhoogd (4,8%)
Net als vorig jaar kiezen gemeenten voor een gematigde grondprijsstijging. Voor de marktsector woningbouw is een grondprijsstijging van 25 tot 30% aan de orde op basis van een puur residuele benadering (actueel en marktconform) waarin de reële prijsverhogingen uit de markt zijn doorberekend. Immers: de gemiddelde verkoopprijs van nieuwbouwkoopwoningen in de vrije sector was in het derde kwartaal van 2021 zo’n 13,6% hoger dan twaalf maanden daarvoor en de bouwkosten zijn gestegen met circa 6,0%. Dat zou betekenen dat de grondprijzen nog niet marktconform zijn. Wel is het zo dat gemeentelijke maatregelen om de betaalbaarheid van woningen te verbeteren, zoals afspraken over VON-prijsmaximalisatie, een drukkend effect hebben op de grondprijsstijging. Maar ook risicomijdend gedrag en politiek kunnen redenen zijn voor een gematigde grondprijsstijging.
Stec Groep-onderzoeker Erik de Leve: “We roepen gemeenten op om bewuster de prijzen te verhogen. Als gemeenten kiezen voor matiging van de grondprijzen is het van belang dit goed te motiveren en te monitoren of de doelstellingen kunnen worden gehaald. Die doelstellingen vormen immers de reden van hun besluit. We adviseren gemeenten daarom om naast begrenzing van de VON-prijzen ook concrete eisen te stellen aan de kwaliteit van de woningen, zoals minimale oppervlaktes of een hogere ondergrens van het afwerkingsniveau. Anders kunnen ontwikkelende partijen er alsnog voor kiezen om goedkoper en/of kleiner te gaan bouwen waardoor hun winst vergroot wordt.”