Hudson’s Bay Company treft schikking met IEF Capital

Het Canadese Hudson’s Bay Company (HBC) heeft een schikking getroffen met investeringsmaatschappij IEF Capital over de afkoop van de concern huurgarantie voor filiaal Utrecht.

In een handelsbericht geeft HBC toe dat het uitstel van betaling van de dochteronderneming Hudson’s Bay in Nederland het concern niet ontslaat van verplichtingen.

Uit een onderzoek van PropertyEU naar lopende verplichtingen, dat volgende week wordt gepubliceerd, blijkt dat die verplichtingen veel hoger uitkomen dan verwacht. Dat komt omdat HBC naast langjarige huurverplichtingen ook exploitatieverplichtingen is aangegaan, waardoor het concern verplicht wordt om zaken in 2020 open te houden.

De reden dat van alle eigenaren alleen IEF Capital heeft geschikt, heeft naar verluidt te maken met het type huurgarantie dat is afgesproken met HBC.

IEF zou naar verluidt voor Utrecht een garantie hebben afgesproken, zonder exploitatieverplichting. Bovendien zou het gaan om een garantie die zou komen te vervallen indien voor een gedeelte van het vastgoed een nieuwe huurder zou worden gevonden. Andere verhuurders hebben die clausule niet.

IEF Capital heeft laten weten met diverse partijen in gesprek te zijn.

De surséance van betaling in Nederland komt HBC slecht uit, omdat er een bieding is uitgebracht door Catalyst om HBC in Canada van de beurs te halen en er is een tegenbod in voorbereiding door enkele bestaande aandeelhouders en bestuursvoorzitter Richard Baker.