450.000 nieuwe seniorenwoningen nodig

Nederland heeft tot 2040 behoefte aan 900.000 nieuwe woningen om de tekorten op woningmarkt weg te werken. Daarvan moeten er 450.000 levensloopbestendig zijn om de sterk groeiende groep ouderen goed te huisvesten en de toenemende vraag naar (mantel)zorg op te vangen.

Het overgrote deel van de 450.000 nieuwe levensloopbestendige woningen (321.000) bestaat uit koopwoningen: dit aanbod moet met ruim 25% stijgen. Bij sociale huurwoningen en middensegment/vrije sector-huurwoningen gaat het respectievelijk om 76.000 (+8,1%) en 52.000 (+22,3%) meer woningen.

Regionale verschillen

Regionaal zijn er daarbij aanzienlijke verschillen. Zo moeten in de regio Rotterdam twee van de drie nieuwe woningen levensloopbestendig worden; in de regio Amsterdam ‘slechts’ een op de vier. Ook buiten de Randstad zijn de verschillen tussen de regio’s groot.

Volgens Arthur van der Wal, directievoorzitter van Syntrus Achmea, hangen de verschillen tussen de regio’s nauw samen met de demografische opbouw en de samenstelling van huishoudens. ‘In meer vergrijsde regio’s, zoals West-Brabant, is de noodzaak om veel levensloopbestendige woningen te bouwen groter dan in Flevoland, dat relatief veel jongeren en jonge stellen telt.’

Lees ook: Trein komt tot stilstand, senioren kiezen voor verbouwing woning

Appèl voor levensloopbestendige woningen

Zilveren Kruis en Syntrus Achmea hebben vorig jaar een appèl uitgebracht, waarin zij pleiten voor meer levensloopbestendige woningen in Nederland. Daarmee kunnen alle ouderen in 2040 een passend thuis hebben. Het realiseren van deze woningen maakt het makkelijker om zorg in eigen huis te krijgen. Daarnaast draagt het bij aan de doorstroming op de woningmarkt: woningen die ouderen achterlaten, komen vrij voor jonge gezinnen. Die op hun beurt een woning achterlaten voor een stel dat gaat samenwonen.