Tilburg wil zijn regionale functie versterken, en doet dat onder meer met forse binnenstedelijke ingrepen. Die moeten Tilburg weer op de kaart zetten als winkelstad en als plek waar mensen elkaar ontmoeten
Door Erik de Boer
Gepubliceerd in Locus 2 (winter 2017)
Achterover leunen? Dat is niet besteed aan de gemeente Tilburg, vastgoedbelegger Wereldhave en lokale winkeliers en inwoners. In hoog tempo laten zij een nieuwe binnenstad ontstaan. Plaats van handeling: het kernwinkelgebied van de zesde stad van het land, dat omsloten wordt door Pieter Vreedeplein, Heuvelring, Paleisring en Willemsplein en Willem II Straat.
Hier vindt een metamorfose plaats van het gehele winkelgebied. De eerste fase is afgelopen september feestelijk geopend, aan de tweede fase wordt hard gewerkt en de fase daarna, de transformatie van de Emmapassage naar een winkelstraat, gaat de gemeenteraad in februari goedkeuren. De eerste successen van deze forse binnenstedelijke ingreep zijn al in de wacht gesleept. Retailers zien Tilburg als winkelstad weer staan, de winkelleegstand is fors gedaald en de eerste indruk is dat de binnenstad meer bezoekers trekt. Hoe concreet dat is, zal later moeten blijken.
Belangrijke omslag
De nieuwe binnenstad markeert een belangrijke omslag in de stedelijke ontwikkeling, zegt Ludo Hermans, stedenbouwkundige van de gemeente. ‘Tilburg kent op dat punt een trieste geschiedenis. Met het verdwijnen van de textielindustrie werden grote gaten in de stad geslagen.’
Tilburg is een stad die zich door de decennia heen herhaaldelijk opnieuw heeft moeten uitvinden. Het verdwijnen van de textielindustrie in de jaren ’60 en ’70 was een belangrijke economische aderlating. De stad heeft zich nadien hervonden door in te zetten op de moderne maakindustrie (met eerst Fuji en onlangs Tesla als grote voorbeelden), de verzekeringssector (onder andere Achmea), hbo-onderwijs (Tilburg is studentenstad nr. 5 van het land, met bijna 30.000 studenten) en daar is nu de logistieke sector bijgekomen.
Deze economische activiteiten bevinden zich merendeels aan de rand van de stad. Er kwam vorige eeuw een plan van € 100 mln op tafel om de gaten te dichten. De Piushaven is een nieuwe woonwijk geworden met kleinschalige bedrijfsactiviteiten en horeca, de Spoorzone achter het nieuwe station is qua uitvoering een flink eind op streek en is bij het stadscentrum getrokken met onder andere de nieuwe bibliotheek, nieuwe appartementengebouwen en ook horeca.
Regiofunctie versterken
Rond de eeuwwisseling kwam ook de binnenstad op de tekentafel. Een lastige opgave, omdat de stad ingeklemd ligt tussen Breda en Eindhoven, twee steden met een sterke, regionale winkelfunctie. Niets doen was geen oplossing. Verantwoordelijk wethouder Erik de Ridder: ‘Tilburg wil in de regio de stad blijven om te wonen, te verblijven en te winkelen. Dat vereist dat wij onze regionale functie versterken. Wij willen graag meer bewoners, bedrijven en bezoekers naar Tilburg halen. En we zien graag dat studenten die hier aan het werk gaan, hier ook blijven wonen. Daarvoor is een aantrekkelijke binnenstad cruciaal. Er werken 15.000 mensen in de Tilburgse binnenstad; dat aantal willen we behouden en het liefst laten groeien. We hebben een historie achter ons dat te veel consumenten hun heil buiten de regio zochten. Wij zien het als de opgave van de stad om die trend te keren.’
Geringe rol
De binnenstad speelt in de economie van Tilburg en als aantrekkelijke verblijfs- en vestigingslocatie een te geringe rol. Juist omdat de stad de ambitie heeft de moderne kenniseconomie te omarmen, is een levendige binnenstad met een mix van functies en voorzieningen van groot belang. Tal van onderzoeken laten zien dat de binnenstad de plek is waar kenniswerkers elkaar ontmoeten en innovatie plaatsvindt.
Met de beste wil van de wereld kon het Tilburgse centrum niet de plek genoemd worden met optimale stedelijke voorzieningen (horeca, retail, leisure, cultuur, evenementen, groen en water) en met mooie plekken waar mensen elkaar ontmoeten, van café en bibliotheek tot park of gemengde woon- en werkomgevingen.
Studenten, het talent en de toekomst van de stad, trokken snel weg, te weinig startende ondernemers bleven in de stad en grote bedrijven komen niet automatisch. Als inwoners meer te besteden hadden deden ze dat elders en een wooncarrière in de binnenstad kon je wel vergeten. ‘De kenniseconomie vraagt om nabijheid, stedelijkheid en diversiteit, inspirerende omgevingen en hechte economische netwerken waarin onderwijs, start-ups, bedrijfsleven en klanten met elkaar verknoopt zijn’, zegt De Ridder.
Dynamische binnenstad
Dat vraagt om dynamische stadscentra en stoere industriële plekken. In dat laatste voorziet Tilburg inmiddels met het Spoorzonegebied en de Piushaven.
De aantrekkelijkheid van de binnenstad was echter een zwak punt in het verhaal van een stad met een regiofunctie. De Ridder: ‘Omringende steden hebben oude historische binnensteden, Tilburg niet. Wij hebben ons eigen unieke karakter. We zijn misschien niet het mooiste meisje van de klas, maar zeker wel het spannendste. Onze binnenstad moet dus op een andere manier concurreren, en dit willen we door een optimaal winkelaanbod te bieden waarin winkelen gezien wordt als een vorm van vrijetijdsbesteding. Daarnaast hebben we ruimte voor goed, betaalbaar en stedelijk wonen. Dat is onze kans. We willen studenten ook na hun studie aan Tilburg verbinden met werk en woonruimte, we willen inwoners uit de regio naar de stad laten verhuizen en we willen de vele bezoekers van De Efteling, Beekse Bergen en Loonse en Drunense Duinen verleiden de Tilburgse binnenstad te bezoeken.’