In de regiospecial Oost-NL een interview met John Lammertink van Uniek Makelaars.
Door Gabriëlle Klaver
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 3, 26 maart 2021
‘In maart, april en mei vorig jaar heeft ons kantoor een gigantische omzetval gehad. In de maanden daarna hebben we dat echter ruimschoots goed gemaakt. De woningmarkt leefde weer enorm op – een activiteit waarin we sinds 2017 ook actief zijn en waarvan we dus volop konden profiteren. Maar wat echt goed ging lopen, was de verkoop van bedrijfsgrond. Vooral in Q4 is veel grond in Twente van eigenaar gewisseld.
Uniek Makelaars, aangesloten bij de VBO, is actief vanuit Enter en Apeldoorn. Kantoren en bedrijfsruimte doen we regionaal, maar de winkelmarkt bestrijken we ook landelijk. Voor beleggers begeleiden we over het hele land transformaties van kantoren naar woningen. We zijn in 2005 als bedrijfsmakelaar gestart, en werken inmiddels met tien makelaars, van wie twee in de woningmakelaardij. Dit jaar hebben we ook een apart taxatiebedrijf opgezet. Ja, dat hebben we bewust op afstand gezet: ik vind dat er ‘Chinese walls’ tussen de verschillende activiteiten horen en bovendien lopen we zo vooruit op eisen die vanuit toezichthouders gesteld zullen gaan worden. Dat is vernieuwend, ja. Ach, het is niet voor het eerst dat de wijsheid uit het oosten komt…
Maar terug naar de markt: in 2020 was er dus een run op de bedrijfsgrond hier in Twente. We hebben wel wat verkocht aan ontwikkelaars, maar het meest aan eigenaar–gebruikers. Van oudsher is de maakindustrie hier sterk. Van Merksteijn, een staalverwerker die internationaal actief is, heeft bijvoorbeeld 1,7 hectare gekocht. Van corona heeft de maakindustrie hier duidelijk geen last gehad. Probleem is nu wel dat er nagenoeg geen aanbod aan grond en bedrijfshallen meer is, terwijl daar wel veel vraag naar is. Zeer zorgelijk is dat er geen plannen liggen voor nieuwe locaties. Overheden zijn helaas veel te laat met schakelen.
Op de Twentse kantorenmarkt speelt dat tekort minder. Ook daarin is nauwelijks een terugval geweest in de vraag, maar die kon worden opgevangen met het aanbod dat er was. In het verleden is er het één en ander op risico gerealiseerd. Maar inmiddels is er wel ruimte voor vernieuwing. We hebben enkele zoekers die meer dan 1000 m² willen, en die kunnen nu niet gefaciliteerd worden. Ontwikkellocaties hiervoor, bijvoorbeeld op het Business & Science Park Enschede, zijn er gelukkig wel.
De winkelmarkt laat een heel wisselend beeld zien. In Almelo is het deel dat Urban Interest vernieuwd heeft goed gevuld. Nieuwkomers als Jamin en een ijssalon (ijssalon is nog niet open, gaat binnenkort gebeuren) doen het goed. Maar buiten dit gebied is het nu wat moeizamer, er hebben toch ook verplaatsingen plaatsgevonden die lege plekken achterlaten.
Opvallend is dat de centra van Rijssen en Haaksbergen het goed doen. In Rijssen zit veel koopkracht, dus daar doen mode en schoenen het nog steeds goed. Haaksbergen vormt het centrum van enkele dorpen en heeft met diverse supermarkten veel aantrekkingskracht.
Landelijk zijn we actief voor enkele beleggers en retailers. We zoeken bijvoorbeeld veel locaties voor Die Grenze, een discountdrogisterij opgezet door een ondernemer hier uit de omgeving. Die heeft zich tot doel gesteld iedere maand een vestiging te openen. Onlangs hebben we aangehuurd in Assen (2200 m²), Geleen (1200 m²), Klazienaveen, Heerlen, Heerenveen, Venlo, Waalwijk en Drachten. Het vinden van locaties is nu natuurlijk aanzienlijk makkelijker dan een paar jaar geleden, hoewel we wel de eis hebben dat een winkel minimaal 750 m² groot moet zijn. Gelukkig kan Die Grenze op veelsoortige locaties zitten, van buitengebied tot stadscentrum en wijkwinkelcentrum.’