Projectontwikkelaar Re:Born, bekend om zijn transformaties van oude gebouwen, neemt de renovatie van de Scheveningse Pier op zich.
De ontwikkelaar en belegger kocht de Pier in december definitief. Het terugbrengen van de grandeur van het landhoofd en diens horecafaciliteiten kost zo’n € 100 mln, een bedrag dat het Amsterdamse vastgoedbedrijf deels zelf betaalt en deels van investeringspartners afkomstig is. Re:Born wil de attractie naar eigen zeggen gereed maken voor de toekomst. De bouwstart staat gepland voor 2026 en het complex moet uiterlijk 2029 de deuren heropenen.
De vernieuwde Pier moet een combinatie van retail, entertainment, een familiehotel én een viersterrenhotel en een conferentiefunctie krijgen. Ook staan een draaiend restaurant, een reuzeschommel en een bungeetoren op de planning. Architectenbureau UNStudio van Ben van Berkel, bekend van de Erasmusbrug, maakt het ontwerp van de Pier.
Meest circulaire operatie ooit
Een nieuw bouwwerk gaat de 55 meter hoge toren op de kop van het landhoofd vervangen en de bouwdelen daarvoor komen uit de Satelliet, de voormalige ronde toren van De Nederlandsche Bank in Amsterdam. De onderdelen wachten nu in een loods in Amsterdam op verscheping naar Scheveningen.
Re:Born steekt € 3 mln in het hergebruik, maar haalt naar eigen zeggen de kosten terug door fors te besparen op nieuwe materialen. Het gaat volgens de projectontwikkelaar om de ‘meest circulaire operatie ooit’: een gebouw van 8000 m² plaatsen. De ontwikkelaar betaalde € 10 mln voor de aandelen in de Pier. De bouwstart kost € 22 mln, waarvan € 16 mln uit de zakken van externe investeerders komt.
Eerder transformeerde de vastgoedbelegger Seaview aan het het Scheveningse strand, een functievrij pand met ruimte voor een hotel en wonen en werken.
Hoofdpijndossier
De Scheveningse Pier verrees in 1961 op de plaats van het Wandelhoofd Koningin Wilhelmina, dat in 1901 werd gebouwd. Vanaf de jaren ’70 werd de Pier een speelbal van verschillende partijen, waaronder familie Van der Valk, die de attractie in 1991 kocht. KondorWessels Vastgoed en investeringsmaatschappij Danzep verwierven de Pier in 2014 voor € 3 mln.
Het landhoofd was de afgelopen decennia tevens een hoofdpijndossier voor de gemeente Den Haag wat onderhoud betreft. De constructie was aangetast door betonrot en branden in 1968, 1994 en 2011 verwoestten grote delen van het complex.
