Column Ton Oostenrijk: Dubbel gepakt door de belastingdienst

Aruba is geen belastingparadijs meer, las ik. Wow, wat een wereldnieuws.

Door Ton Oostenrijk
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 5, 29 mei 2019

Vervlogen zijn de tijden dat Nederlandse vastgoedbeleggingen konden plaatsvinden zonder heffing van (vennootschaps)belasting door buitenlandse vennootschappen vanwege een maas in de Nederlandse wetgeving. De Arubaans vrijgestelde vennootschappen (aandelen aan toonder) kenden ook geen andere geen heffingen, bijvoorbeeld dividendbelasting op uitkeringen of bronheffing op rentebetalingen, en dus was Aruba vaak een ideale plek om in Nederlands vastgoed te investeren. Als je er nu naar kijkt, was het een verouderde methode om onder buitenlandse particulieren Nederlands vastgoed te syndiceren, alleen al vanuit de moeilijke toepasbaarheid c.q. uitvoering van compliance-regels waaraan banken dienen te voldoen. Probeer maar eens gewoon – binnen een redelijke termijn – een bankrekening te openen… En daarbij is dat gaatje in de wet al een aantal jaren terug gedicht.

Een ander ‘gat’ waaraan de wetgever momenteel werkt om het te dichten is dat van de leningen (waaronder rekeningcourantschulden) van aandeelhouders (directeur–groot aandeelhouder, DGA), opgenomen bij hun vennootschap (in de woorden van de wetgever: excessief lenen…).

De DGA mag op 1 januari 2022 tot € 500.000 in het krijt staan bij zijn eigen vennootschap (met uitzondering van een eventuele schuld ter zake van de eigen woning). Of er sprake is van een onzakelijke lening, een – verkapte – dividenduitdeling, moet worden beoordeeld ten tijde van het aangaan van de lening, maar ook een onzakelijk handelen gedurende de looptijd kan leiden tot onzakelijkheid/uitdeling. Een dergelijke uitdeling wordt getroffen door de aanmerkelijk belangheffing (AB) van 25% (tarief 2019).

Er wordt flink gelobbyd om in ieder geval de aperte overkill uit het (concept)wetsvoorstel te krijgen. Ik heb er een hard hoofd in, maar hoop er tocht op dat dit tot enig resultaat leidt (bijvoorbeeld de dubbele heffing eruit). Ik heb er echter geen vertrouwen in dat in de situaties waartegen voldoende vermogen tegenover de lening staat (bijvoorbeeld een privé-vastgoedportefeuille in box 3), dit wel acceptabel zou zijn. In een dergelijk geval had je ook bij de bank de lening kunnen aantrekken. Kan of wil je de belastingclaim (AB-heffing) niet oppakken, dan zul je een beroep moeten doen op de bank of private financier die de portefeuille wil herfinancieren. Het concept wetsvoorstel is in mijn ogen een nogal rücksichtsloze wijze van reparatiewetgeving.

Een andere regeling is de earningstrippingsmaatregel, die al is ingegaan per afgelopen 1 januari. Deze maatregel beoogt de renteaftrek door vennootschappen aan banden te leggen. Rente (saldo van lasten en baten) aftrekbaar tot een franchise van € 1 mln en daarboven niet meer dan 30% van de fiscale Ebitda (= winst + saldo aan rente baten en lasten + afschrijvingen + afwaarderingen). Ook hier weer een straffe maatregel, geen overgangsrecht voor bestaande leningen, geen groepsescape en dergelijke en bovenal strenger dan dat Europa voorschrijft (namelijk € 3 mln).

Momenteel is de rente laag, in een groot aantal gevallen valt de schade door de maatregel mee, of is door juiste taxplanning de schade te voorkomen of te beperken. Dat geldt echter niet in alle gevallen. Maar stel je eens voor dat de rente aanzienlijk stijgt, dan word je dubbel gepakt: een veel hogere kostenpost door hogere rente, en dan ook nog eens door de niet-aftrekbaarheid van de rente dus een veel hogere vennootschapsbelastinglast. Wellicht in dit Metoo-tijdperk geen correcte uitspraak: ‘Als ik dan word genaaid, dan wil ik er wel van genieten’, maar dit is wel hoe deze twee maatregelen aanvoelen.

 Ton Oostenrijk MRE is belastingadviseur bij RechtStaete