Een forse uitbreiding van het areaal bedrijventerreinen in Nederland is nergens voor nodig, zo betoogt Han Olden, bestuurslid van de Vereniging van Onroerend Goed Onderzoekers Nederland (Vogon) in de jongste editie van Real Estate Research Quarterly.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 7, 5 juli 2024
Hij neemt afstand van het recente pleidooi van Economische Zaken dat provincies en gemeenten - om ruimte te bieden aan een circulaire economische ontwikkeling - veel meer bedrijventerreinen moeten aanwijzen. Beter is het volgens hem bestaande locaties toekomstbestendig te maken.
Bedrijventerreinen staan sinds kort weer in de belangstelling. In het laatste kwartaal van vorig jaar verschenen kort na elkaar twee belangrijke visiedocumenten. Het ministerie van Economische Zaken bracht het Programma Ruimte voor Economie uit. De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (Rli) volgde met het advies 'Samenwerken; kiezen voor toekomstbestendige bedrijventerreinen'.
Ruimteclaim problematisch
In de ogen van adviseur Olden is vooral de ruimteclaim van EZ een probleem. Op basis daarvan zouden provincies en gemeenten kunnen besluiten nieuwe bedrijventerreinen uit te geven, waaraan geen werkelijke behoefte bestaat. Die uitgifte zal volgens hem juist averechts uitpakken, doordat bedrijven naar nieuw uitgegeven locaties verhuizen, wat elke drive wegneemt om bestaande locaties toekomstbestendig te maken. Volgens Olden moet de veel te forse ruimteclaim van EZK van tafel. Ook heeft hij kritiek op de Rli. “Er is meer nodig dan alleen een duurzaamheidslabel en een verplichte vereniging van eigenaren op bedrijventerreinen, zoals de Rli voorstelt. Bestaande bedrijventerreinen toekomstbestendig maken is een vastgoedvraagstuk. Uitgangspunt daarvoor is een rendabele gebiedsexploitatie op basis van een gemengd programma om kosten te kunnen verevenen.”
Vastgoedvraagstuk
Olden dringt aan op gebiedsgewijze herontwikkeling door marktpartijen, zoals in het verleden geadviseerd door de toenmalige VROM-raad (2006) en de Taskforce Herstructurering Bedrijventerreinen (2009). Individuele ondernemers kunnen de aan herontwikkeling verbonden kosten niet dragen, doordat het aan mogelijkheden ontbreekt de onrendabele top daarvan te verevenen.