Ondanks het juichen over de woontop aan overheidskant, zijn er aan de zijlijn van de woningmarkt nog wel experts die kritische geluiden laten horen.
Peter Boelhouwer bijvoorbeeld, hoogleraar woningmarkt aan de TU Delft, is in Het Financieele Dagblad zeer kritisch. Hij denkt dat er nog steeds te weinig geld is om ‘twee derde betaalbaar’ te laten slagen. Volgens hem weet minister Keijzer dat ook, want het zijn haar eigen departementsberekeningen die hopen dat gemeenten ook nog eens miljarden op tafel leggen. Het is maar de vraag of die dat hebben. Cruciaal is volgens hem dan ook dat in de voorjaarsnota extra middelen voor gemeenten worden gereserveerd.
Daarnaast zijn er volgens Boelhouwer nog onzekere factoren zoals de aanleg van infrastructuur en toegang tot het overbelaste stroomnet die overal spelen. Boelhouwer vindt het positief dat overheid en marktpartijen beter gaan samenwerken maar mist ‘structurele hervormingen’, zegt hij in het FD.
Veel intenties
Ook Johan Conijn emeritus hoogleraar woningmarkt ziet in de uitkomsten van de woningtop ‘veel intenties en weinig echte doorbraken’, laat hij in het FD weten. Het is geen zekerheid dat het voor marktpartijen fiscaal aantrekkelijk is om in middenhuurprojecten te investeren. Dat is nog niet goed uitgezocht, terwijl dat volgens Conijn juist al lang had moeten zijn gedaan.
Ook Conijn probeert niet alleen maar negatief te zijn. Hij denkt, zo zegt hij in het FD, dat het heel positief is dat partijen ‘heel intensief’ met elkaar hebben gesproken en ‘dat ook blijven doen’, want dat is de enige weg naar oplossingen voor het tekort aan woningen.