Het OM heeft de oprichter van TCN, Rudy Stroink, vrijgesproken van het betalen van steekpenningen aan Google.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 8, 23 augustus 2024
In 2018 werden Rudy Stroink en zijn vrouw Saskia van Bohemen door de rechtbank veroordeeld omdat zij € 1,7 mln aan steekpenningen zouden hebben betaald om Google’s datacentrum in de Eemshaven te krijgen. Zij kregen hiervoor respectievelijk 180 en 240 uur taakstraf en 9 en 6 maanden voorwaardelijke celstraf.
Geen onderbouwing
Het Gerechtshof in Leeuwarden constateert nu dat de veroordeling volledig steunt op verklaringen van een voormalig directeur van Google, Simon Tusha, en tussenpersoon Howard Weinberg. De rechter acht het niet onaannemelijk dat zij de rol van Stroink en zijn vrouw in de omkoopaffaire hebben uitvergroot in ruil voor hun strafvermindering. Stroink houdt het erop dat hij een vergoeding heeft betaald aan Weinberg die lager lag dan de courtage voor een makelaar, en dat hij niet wist dat Weinberg dit geld doorsluisde naar Google-directeur Tusha. Tusha is door de Amerikaanse rechter veroordeeld. Zonder de verklaringen van Tusha en Weinberg is er volgens het Gerechtshof geen onderbouwing dat Stroink en zijn vrouw zouden zijn begonnen over steekpenningen.
Niet behulpzaam voor zijn reputatie was een VPRO-documentaire, waarin Stroink toezegde fees te gaan bespreken met directeur Tusha van Google, tenminste volgens de interpretatie van het OM. Het Gerechtshof constateert nu dat niet kan worden vastgesteld of de man aan de lijn inderdaad Tusha is.
Dat Google in 2012 besloot een tweede datacentrum in de Eemshaven te bouwen op eigen aangekochte grond had volgens het bedrijf niets met de smeergeldaffaire te maken. De internetreus beschouwde zichzelf als slachtoffer, maar ging door met de investeringen.
Formeel verdient Stroink rehabilitatie, nu de Nederlandse rechter hem in tweede instantie heeft vrijgesproken. Bij cassatie van het Openbaar Ministerie blijft hij verdachte. Stroink zelf moet er niet aan denken om nu nog te gaan procederen voor een schadevergoeding, zegt hij in het FD: ‘We willen ons focussen op het opbouwen van onze levens.’
Onconventionele ontwikkelaar
Stroink werd bekend als oprichter van de onconventionele ontwikkelaar TCN, een van ’s werelds grootste ontwikkelaars, Trammell Crow. Overigens had zijn bedrijf niets van doen met het Amerikaanse Trammell Crow, dat tegenwoordig deel uitmaakt van de grootste vastgoedonderneming ter wereld, CBRE.
Stroink begon met TCN in Nieuwegein, maar breidde uit naar onder meer Hilversum (Mediapark), Groningen (Zernike) en het Haags Congrescentrum. Ook had hij internationale aspiraties met onder meer projecten in Portugal. Het TCN-imperium ging echter failliet, waarbij de curatoren Van Bentum & Keulen en HVG klaagden over de ondoorzichtige structuur. Uit de boedel van het failliete TCN kocht QTS Realty Trust voor € 44 mln de twee TCN-datacentra.
Stroink’s rol in het vastgoed eindigde door het faillissement van TCN en de Google-smeergeldaffaire. Hij werd directeur van het befaamde meubelbedrijf Pastoe. Hij hielp met de verplaatsing van de fabriek uit de Utrechtse woonwijk Hoograven naar Houten, maar in februari van dit jaar ging deze fabriek onder zijn leiding ook failliet.
De conclusie is dan ook dat Stroink juridisch niet fout zat, maar dat er bij hem wel veel zaken fout gingen.
Criticus
In goede tijden had Stroink naam gemaakt als een criticus van de mores in het vastgoed. Onder ontwikkelaars waren de meningen over hem sterk verdeeld. Hij werd binnengehaald als bestuurder van de Neprom, maar na de eerste publicatie in het FD stond de vereniging klaar om ‘omkoping scherp te veroordelen’: ‘De Neprom keurt niet-integer gedrag scherp af en roept leden die over de schreef gaan ter verantwoording.’ De toenmalige voorzitter: ‘Het Neprom-lidmaatschap van TCN, waarvan Rudy Stroink grootaandeelhouder was, is in 2012 beëindigd. Stroink was actief betrokken bij de vereniging, onder meer als bestuurslid. Het is ongelooflijk wrang dat zijn naam nu rechtstreeks in verband wordt gebracht met een omkoopschandaal.’