Thema smart building: Overspoeld door data

Hoe slim zijn al die in kantoren verzamelde data nu echt? ‘Er gaat nog veel energie verloren, ook in de beste gebouwen’, aldus hoogleraar Laure Itard van de TU Delft.

Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 2, 24 februari 2023

Eindeloze hoeveelheden data worden inmiddels uitgespuwd door slimme sensoren en andere gebouwbeheersystemen. Facility managers krijgen lange lijsten met fouten en foutjes die zich in het gebouw voordoen. Maar wat is cruciaal en welke actie is geboden? Dashboards en analyse-tools beperken zich volgens Laure Itard van de TU Delft tot ‘laaghangend fruit’. Itard is hoogleraar Building Energy Epidemiology en onderzoekt hoe artificial intelligence (AI) helpt bij het efficiënt opsporen van storingen. ‘Je kunt veel meer met die gegevens als je erin slaagt ze aan elkaar te koppelen en automatische diagnoses te stellen. Daarvoor heb je AI nodig; een mens raakt overspoeld door die miljoenen data.’

Er valt volgens Itard nog heel wat energieverspilling in kantoren te verhelpen. ‘Dat er nog veel misgaat, is gezien alle verschillende systemen niet zo raar. Soms mankeert er iets aan het ontwerp of aan de montage. Er gaat wel eens iets kapot zonder dat je het merkt, een sensor of een klep van een ventilatiesysteem. Dan krijg je dus verkeerde waarden binnen, of het binnenklimaat verslechtert.’ In moderne gebouwen krijgt de facility manager vaak wel een seintje dat er iets loos is. Maar wát precies, daar moet hij volgens Itard zelf achteraan.

Toepasbaarheid

Hoe het dan zou moeten? Met de inzet van machine learning moet het volgens de hoogleraar mogelijk zijn om tot een geautomatiseerde inschatting van het probleem te komen. Daar is al heel wat onderzoek naar gedaan, maar dat liep telkens vast op toepasbaarheid in de praktijk. ‘Omdat installateurs geen kennis van data hebben, nemen zij tegenwoordig vaak data-analisten in dienst. Maar die snappen weer niets van het vak.’

Voor Itard was dat in 2021 aanleiding om het onderzoeksprogramma Brains 4 Buildings (B4B) te starten, een samenwerking met andere kennisinstituten zoals TNO, TU Eindhoven en verschillende hogescholen, plus ongeveer 30 marktpartijen. Op een platform brengen zij verzamelde data bijeen en stap voor stap passen de wetenschappers nieuwe methodes toe in ‘living labs’ en bij aangesloten bedrijven. Zo zijn al verschillende methoden voor data-integratie getest en worden binnenkort technieken uitgeprobeerd om storingen in luchtbehandelingssystemen op te sporen. Itard: ‘Wij introduceren kleine fouten, we zetten bijvoorbeeld een klep klem, en kijken of het systeem die fout kan vinden.’ Vervolgens gaat er een boodschap naar de beheerder. ‘Als hij de juiste signalen krijgt over de oorzaak van de storing, kan hij meteen een technicus bellen. Dat scheelt veel tijd.’

Menselijke sensor

Het zou ook mooi zijn als menselijke ervaringen worden ingezet, aldus Itard: ‘De mens kun je ook als sensor beschouwen, die merkt meteen dat het ergens koud is of stinkt. Maar hoe kun je die feedback in kantoren het beste verzamelen? TU Eindhoven experimenteert nu met stemkastjes, maar we zijn er nog niet helemaal uit.’

Bijkomend voordeel is dat kantoorgebruikers zich dan misschien meer ‘in control’ voelen. Want met al die automatische systemen wil dat er nog wel eens bij inschieten, beaamt Itard. ‘Mensen begrijpen vaak niet wat er gebeurt, bijvoorbeeld als de zonwering al een uur voordat de zon komt zakt. Je moet echt uitleggen waarom dat is. Het gevoel van controle is heel belangrijk voor het welzijn van mensen.’

Ook over privacyvraagstukken buigt B4B zich. Itard: ‘Het valt ons op hoe onzorgvuldig sommige organisaties daarmee omgaan. Ze vinden het bijvoorbeeld geen probleem om hun werknemers te volgen via wifi.’

Tenslotte wordt onderzocht welke data echt bruikbaar zijn en hoe lang je ze moet bewaren. ‘Gezien de energie die dataopslag kost, moet je dat zoveel mogelijk zien te beperken. Maar of vier maanden optimaal is, zes maanden, een jaar? We zijn er nog niet uit.’