Van de hoofdredacteur: CBS heeft een extraatje voor de verhuurder

De taxi is het teken dat de cyclus ten einde is. Dit is ook een beetje het geval wanneer algemene media schrijven dat ‘het feestje rond vastgoed begint stil te vallen’. Dat is juist een teken om de slingers te zoeken.

Professionals weten dat de waarde van vastgoed gerelateerd is aan de kosten en de beschikbaarheid van kapitaal. Toen de rente begon te stijgen, was het feestje voorbij – ook al duurt het even voordat de taxateurs dit verlies verdisconteren.

Je ziet het aankomen: Q4 zal het tweede kwartaal zijn met krimp, waardoor Nederland officieel in een recessie komt. Alle eindejaarsverhalen over recessie zullen het consumentenvertrouwen niet stimuleren. Dit komt bij de tegenvallers die in de afgelopen edities de revue zijn gepasseerd, de tien Egyptische plagen volgens Jack de Vries, voorzitter van Vastgoed Belang. Maar een geluk bij vele ongelukken: hier een opsteker.

Het CBS meldde over oktober een inflatie van 14,3%. Dat duizelingwekkende cijfer komt doordat het CBS-model uitgaat van variabele energiecontracten met dagwaarden, terwijl deze stijgingen niet gelden voor de meeste Nederlanders met lange termijncontracten. FD-huiseconoom Matthijs Bouwman becijferde dat de consumentenprijsindex wel eens zou kunnen halveren wanneer alle termijncontracten voor energie zouden meetellen.

Het leuke voor de vastgoedbezitter is dat standaardhuurcontracten uitgaan van die kunstmatig hoge CPI. Bij een modieus contract voor omzethuur gaat dat niet op. De traditionele verhuurder heeft het recht aan zijn zijde om in 2023 circa 14% huurverhoging te gaan innen, terwijl de werkelijke inflatie maar 7% zou zijn. De huurder moet dan niet onder water gaan, maar bij problemen kan de verhuurder een reddende hand toesteken. In ieder geval is de verhuurder nu aan zet. Dat is wel eens anders geweest.

Door Wabe van Enk, hoofdredacteur van PropertyNL