Door het groeiende aantal internetaankopen hebben veel Utrechtse winkelgebieden de afgelopen twee jaar te kampen gehad met teruglopende inkomsten. Dit is een belangrijke conclusie uit het Randstad Koopstromenonderzoek 2018.
Niet alle winkelgebieden zijn even zwaar getroffen, zo blijkt uit het woensdag gepresenteerde onderzoek. Vooral de stadscentra van middelgrote steden in de provincie hebben het zwaar. De grote winnaar is het centrum van Utrecht dat een kleine plus wist te boeken. Ook de centra van de kleinere steden en dorpen konden zich redelijk handhaven. Deze laatste groep wist vooral te profiteren van de groei in de bestedingen in de zogenaamde dagelijkse artikelen (levensmiddelen, drogisterijartikelen). Ook de meubelboulevards wisten ten opzichte van 2016 een plus te boeken door een sterke toename van de bestedingen in meubelzaken, keukenwinkels en bouwmarkten. Hier lijkt zich een inhaalslag te voltrekken na de economische recessie.
Groei e-levensmiddelen
De afgelopen 2 jaar zijn de aankopen van levensmiddelen en drogisterijartikelen op internet verdubbeld. De opkomst van Picnic en de inspanningen van de grote supermarkten in het thuisbezorgen, beginnen merkbaar te worden. Hoewel het totale aandeel met 3,1% nog gering is, zou een verdere doortrekking van deze ontwikkeling kunnen leiden tot een ondermijning van de positie van de kleine winkelgebieden in de provincie. Van de zogeheten niet-dagelijkse goederen wordt al bijna een kwart op internet aangekocht. Het gaat hierbij vooral om modeartikelen, elektronica, huishoudelijke apparaten en luxeartikelen.
Samenwerken en menging
De resultaten van het onderzoek tonen aan dat overheden, retailers en vastgoedeigenaren zich blijvend moeten inspannen om hun centra levendig te houden. Menging van functies zoals wonen en voorzieningen kunnen de vitaliteit van het centrum vergroten. Bijna de helft van alle winkelende consumenten combineerde winkelen (aankoop van mode en luxe) met een andere activiteiten zoals bijv. horecabezoek en bezoek aan de kapper.