De Bijenkorf heeft opnieuw een rechtszaak verloren over het kopen van de Nederlandse warenhuizen. Ook in Rotterdam is geen sprake van schending van het voorkeursrecht.
De Bijenkorf stapte naar Rechtbank Rotterdam, omdat IEF Capital, de eigenaar van de winkelpanden in Amsterdam, Den Haag, Eindhoven, Maastricht en Rotterdam, de afspraken over het voorkeursrecht van koop zou hebben geschonden. Maar daar gaat de rechtbank niet in mee. De rechter volgt de eigenaar dat geen sprake is van verkoop. Er is slechts sprake van een aanpassing van de financieringsstructuur, in die zin dat de verschaffers van eigen vermogen aan een of meer holdingvennootschappen overwegen om hun positie aan een of meer andere vermogensverschaffers over te dragen.
De warenhuizen werden in 2004 door de toenmalige retailer aan IEF Capital verkocht. In 2016 vond herfinanciering van de holding plaats. Drie Nederlandse institutionele beleggers en het CBRE Dutch Retail Fund namen de aandelen over. Dat was voor het Canadese familiebedrijf Wittington Investments, sinds 2011 eigenaar van De Bijenkorf en zelf eigenaar van een grote vastgoedportefeuille, het moment om overdracht van de winkelpanden te eisen, maar de onderhandelingen daarover liepen op niks uit.
De Bijenkorf is vervolgens bij vijf rechtbanken juridische procedures gestart. Eerder dit jaar oordeelde de rechter in Den Haag al dat het warenhuis geen recht heeft om de winkelpanden over te nemen. Tegen die uitspraak is hoger beroep tegen ingesteld. In de overige procedures is nog geen uitspraak gedaan.
