Bank wordt broedplaats

De bijzondere ambitie van ABN Amro

Door Sieds de Boer
Gepubliceerd in Locus 2 (winter 2016) - Booming steden, booming data, boming deals

Je zou bijna denken dat circulair bouwen veel sneller gaat dan ‘normaal’ bouwen, want in zeer korte tijd zien treinreizigers en personeel op de Zuidas een paviljoen verrijzen op het Gustav Mahlerplein. Met name de houten zuilen waar het dak op rust zijn een eye catcher.
ABN Amro bouwt voor de ingang van het hoofdkantoor een circulair paviljoen: duurzaam, van fundering tot dak en van ontwerp tot exploitatie. De bank wil met dit paviljoen de overgang naar een circulaire maatschappij versnellen en daarmee extra invulling geven aan de duurzame insteek die zij kiest in het zaken doen. Zo heeft de bank circa € 1 mrd uitgetrokken om het vastgoed dat zij onder financiering heeft met de eigenaren te helpen verduurzamen.
Mark van Rijt, directeur Facility Management van de bank, licht toe: ‘We nemen een lerende houding aan wat betreft de circulaire economie. Dit paviljoen is een omgeving waar we van elkaar kunnen leren; corporates, start-ups, studenten en andere experts – iedereen vanuit zijn eigen vakgebied. Op deze manier vormt het gebouw een flexibel platform voor de (door)ontwikkeling van de ideeën, concepten en strategieën van morgen. We willen de verbindende factor zijn tussen het bedrijfsleven, de samenleving en de bank met het paviljoen als platform – het is een inspirerende broedplaats die een bijdrage levert aan de circulaire economie.’

Circulair bouwen aan een living lab
‘Het Paviljoen wordt letterlijk een living lab dat zich steeds kan aanpassen aan de behoefte van de gebruikers, maar ook aan de omgeving. Als het nodig is kunnen we het weer uit elkaar halen en een nieuw paviljoen of iets anders bouwen. Net waar er op dat moment behoefte aan is in de toekomst’, vertelt Van Rijt.
‘Dit kunnen we doen doordat de onderdelen in het Paviljoen demontabel zijn opgebouwd. De grondstoffen die we gebruiken kunnen opnieuw ingezet worden met maximaal behoud van hun waarde. Zo zijn de houtconstructie en de gevel in standaardmodules opgebouwd en kunnen ze eenvoudig uitgewisseld worden. Daarnaast werken we met zoveel mogelijk gebruikte materialen. Circulair bouwen dus...’
Met dit bijzondere project daagt ABN Amro de samenleving en de markt uit om mee te werken aan de missie van de bank om de wereld steeds meer circulair te maken. Van Rijt: ‘Of je nu klant bent of buurtbewoner, voorbijganger of innovator: iedereen is hier welkom om zich te laten inspireren. Op die manier creëren we samen een verbindend platform met een relevante programmering, waarbij we met elkaar in gesprek gaan over actuele maatschappelijke thema’s. Wij geloven dat gezamenlijk zoeken naar innovatieve en circulaire oplossingen leidt tot de beste resultaten.’

Een spannende ontdekkingsreis – Architecten Cie en de wens naar consequente circulariteit

Een gebouw werkelijk, consequent circulair maken blijkt in de praktijk een grote uitdaging. Projectarchitect Hans Hammink van Architecten Cie doet verslag van zijn ervaringen tijdens een enerverende, intense zoektocht.

Hoe begin je zo’n reis?
‘Eigenlijk met respect…’, vertelt Hammink. ‘De ambitie van ABN AMRO om de circulariteit van dit gebouw in alle facetten door te voeren was enorm. Dat heeft mij zeker tijdens de initiële fase van het proces, die de grootste uitdagingen kende, geholpen om steeds weer door te zetten. De bank hield eigenlijk bij alle tegenslagen voet bij stuk - en zo werd het Paviljoen echt circulair - in al z’n facetten.’

Klinkt als een wedstrijd…
‘Nou, niet zozeer in fysieke zin. Maar wat ik wel merkte tijdens onze ontdekkingsreis was dat heel veel onvoorspelbaar was. Het was in die zin zeker een mentale uitdaging. Als architect zoek je altijd naar controle, met je visie wil je uitgaan van hoe het gebouw er uiteindelijk uitziet. Dat is bij een dergelijke opgave onmogelijk. Je moet jezelf wel overwinnen, ja… maar je krijgt er uiteindelijk iets voor terug.’ Hammink vervolgt: ‘Dat je niet weet hoe het gebouw er definitief uitziet wil overigens niet zeggen dat circulair bouwen geen chique ontwerp kan opleveren. Integendeel: je gaat voor de constructie juist weer werken met een universele vorm. En dat kan ook bijdragen aan een eigen, opvallende vorm’.

Een universele vorm?
‘Ja, bij circulair bouwen gaat het om hergebruik. Dat betekent dat wij rechthoekige balken in het complex toepassen. Daar kun je dus in een latere fase weer van alles mee. Maar het gaat niet alleen om de ‘grote elementen’; we onderzoeken zelfs op het kleinste detailniveau naar de beste circulaire oplossingen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een nieuw ontwerp van schroeven, die het hout niet beschadigen. Het is dus in geen enkel opzicht een ‘houtje-touwtje-oplossing.
Maar ook in financieel opzicht valt er wellicht winst te behalen: wij gebruiken namelijk geen vurenhout maar larikshout, omdat die soort een hogere restwaarde heeft. Ik durf nu niet te beweren dat het hout straks meer waard is, maar het zou zomaar kunnen.’

Als we het over bouwkundige perspectieven hebben, vraag je je af hoe hij naar de verschillende levenscycli van de verschillende onderdelen van het Paviljoen kijkt… Hammink: ‘Het gekozen hoofdmateriaal is hout en de levenscyclus van de dragende constructie wordt geschat op dertig jaar. Dat betekent dus dat de leverancier het hout na dertig jaar moet kunnen komen ophalen, om het opnieuw te gebruiken. En dát betekent weer dat we het ontwerp zo moeten maken, dat het eenvoudig in onderdelen uit elkaar te halen is.’

Dat is in feite ook de grootste verandering in het ontwerpproces. ‘Ik stop eigenlijk veel eerder met ontwerpen dan vroeger. Gewoon, omdat ik wil overleggen met adviseurs en makers over hoe we om moeten gaan met het vraagstuk’. Hammink voegt eraan toe dat in de circulaire gedachtegang de houtleverancier feitelijk niet meer een ‘leverancier’ is, maar een ‘co-maker’ of ‘medemaker’. De leverancier moet er baat bij hebben dat hij zijn hout na dertig jaar weer kan gebruiken. Hoe dat in detail gaat werken, is nog iets waarover wordt nagedacht. Hammink: ‘Dat is ook een gevolg van circulair bouwen. Je probeert verder vooruit te kijken, visionair te zijn. Je brengt een filosofie in de praktijk, maar sommige oplossingen moeten zich nog aandienen. Mijn rol als architect verandert: ik ben niet langer regisseur, maar één van de contribuanten aan een nieuwe, integrale oplossing.’

Staan mens én materiaal centraal in dit verhaal?
Hammink: ‘Hoe we de energieproblematiek kunnen oplossen, weten we inmiddels. Daar zijn enorme slagen in gemaakt. De volgende grote stap draait inderdaad om hoe wij in de toekomst met materialen omgaan. De nieuwe benaderingswijze zorgt in ieder geval dat elk aspect van het gebouw bijzondere aandacht heeft gekregen. Het gebruik van meubelen, de duurzaamheid, flexibiliteit en herbruikbaarheid van de inrichting; steeds is er met nieuwe partners samenwerking gezocht, wat weer leidde tot vooruitstrevende oplossingen. Zo gaat er een nieuw ontmoetingscentrum ontstaan dat meer is dan alleen een fraai gebouw: het Paviljoen is pionier op het gebied van de circulaire economie.’ Kortom, slim staat dus óók voor bewustzijn.

Een écht slim gebouw
Het Paviljoen is het eerste échte praktijkvoorbeeld van duurzaam en circulair ontwerpen in Nederland. Hoofdgedachte achter circulair ontwerpen is dat het bouwen zo weinig mogelijk impact heeft op natuurlijke grondstoffen. Een circulaire economie is afvalvrij en veerkrachtig - en dat is precies de gedachte achter dit innovatieve gebouw. Vanaf het prille begin is er rekening gehouden met de recyclebaarheid van de gebruikte materialen.
De circulaire economie gaat niet in de laatste plaats over mensen, en hoe ze beter functioneren in een prettige omgeving met veel mogelijkheden tot interactie. Ook dat heeft sterke invloed op het ontwerp. De locatie van het Paviljoen is aan het Mahlerplein op de Zuidas vlakbij station Zuid, pal voor het hoofdgebouw van ABN AMRO. Opvallend is de grote glazen pui met een open uitstraling. Daarnaast kan het publiek de brede trappen aan de zijkant van het gebouw gebruiken. De trap leidt naar een openbare ontmoetingsplek voor zowel passanten als werknemers. Het dak is bedekt met aarde en gras en draagt zo bij aan de biodiversiteit. Het maakt daarmee de omgeving op diverse manieren aantrekkelijk.
Binnen in het gebouw is er ruim 2.000 m² vergader- en werkruimte; ook is er een ruimte voor het zogenaamde living lab. Een ruimte waar de nieuwste innovaties, die veelbelovend lijken maar hun waarde nog niet hebben bewezen, worden toegepast en getest. Daarbij kun je bijvoorbeeld denken aan een deel van de gevel die geschikt is gemaakt voor de toepassing van nieuwe materialen. Zodoende kan er gekeken worden of er nóg duurzamere toepassingsmogelijkheden zijn.
De Technisch Universiteit Delft is vanaf het begin bij het project betrokken, en zal in het living lab aanwezig blijven om de experimenten te monitoren en uit te bouwen. Op die manier wordt de theorie voortdurend in de praktijk getest. Het is niet ondenkbaar dat het living lab een samenwerking met start-ups zal opleveren, die op hun beurt weer innovatieve ideeën leveren, zowel op bouwgebied als op het gebied van innovatieve samenwerking. Ook in die zin is dit project dus circulair.

‘Programma van Eisen’
ABN AMRO zet met diverse projecten in op verduurzaming. De bank conformeert zich aan de circulaire economie en wil ook zelf zuiniger omgaan met de slinkende voorraad grondstoffen door producten zo veel mogelijk te recyclen. Anders dan in het huidige lineaire model - waarin we spullen maken, gebruiken en weggooien – gaan we nieuwe producten ontwerpen op zo’n manier dat ze makkelijker te hergebruiken zijn. Met duurzame productie stoten we bovendien minder broeikasgassen uit. Alles bij elkaar opgeteld: circulair produceren leidt tot een beter milieu, een gezondere samenleving en een duurzamere economie.


Facts & Figures
Opdrachtgever: ABN Amro
Programma: 1800 m² vergaderruimte + 1200 m² flexibele werkruimte/ontmoetingsruimte/horeca

Architect/architect: Pi de Bruijn, de Architekten Cie.

Projectteam:
Hans Hammink (projectarchitect, projectmanager)
Jeanne Leung
René Bos
Stephan Oelers

Landschapsarchitect: Donkergroen i.s.m. Architekten Cie.
Aannemer: BAM
Constructeur: BAM Bouw + Techniek
Installatieadviseur: BAM Bouw + Techniek
Bouwfysisch adviseur: DGMR
Adviseur circulariteit: TU Delft
Bruto-oppervlakte: 3350 m²
Inhoud: 19.500 m³