ASRE fuseert met SWOOV

De Stichting Amsterdam School of Real Estate (ASRE) is gefuseerd met de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde (SWOOV).

Door deze nieuwe structuur kan de ASRE een impuls geven aan wetenschappelijk onderzoek en hiermee effectief het onderwijs blijven verbeteren.

SWOOV ondersteunt al vele jaren een aantal leerstoelen en research fellow posities en onderhoudt de Vastgoedbibliotheek, die alle bij de ASRE zijn ondergebracht. De ASRE heeft een totaal pakket aan postacademische vastgoedopleidingen opgebouwd. Door samen te gaan menen de bestuurders een verdere impuls te kunnen geven aan de professionalisering van het vakgebied.

De activiteiten van de stichting worden samengebracht in een nieuwe bv, de Amsterdam School of Real Estate bv. De stichting SWOOV blijft bestaan als moeder van de bv waardoor de status als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) blijft gehandhaafd.

Tot bestuurslid van de SWOOV, en vanuit die positie tevens tot commissarissen van de ASRE, zijn benoemd:

Johan van der Ende, voorzitter
Jaco Meuwissen, secretaris
Alex Rigter, penningmeester
Han van Dissel
Nicole Peeters

De statutaire directie van de ASRE blijft in handen van de heren Leo Uittenbogaard en Dick Nijhof.

De afgetreden bestuursleden van zowel de SWOOV als de ASRE zijn:

Jacques van den Hoven, aftredend voorzitter SWOOV
Annemieke Wessels, aftredend secretaris SWOOV
Bart van Zadelhoff, aftredend penningmeester SWOOV
Henk Jagersma, aftredend bestuurslid SWOOV
Jacques Kwak, aftredend bestuurslid SWOOV
Thomas Liebrand, aftredend bestuurslid SWOOV
George Soebiantono, aftredend bestuurslid SWOOV
René Hogenboom, aftredend penningmeester ASRE
Robert Kok, aftredend bestuurslid ASRE

De ASRE is de afgetreden bestuurleden dankbaar voor hun bijdrage: "Zij hebben de afgelopen decennia allen hun bijdrage geleverd aan de professionalisering van het postacademisch onderwijs en het onderzoek in de Vastgoedkunde. Zonder hun inspanning om de verankering met zowel het werkveld als de wetenschap goed te waarborgen, was een academisch centrum in de vastgoedkunde niet op deze manier mogelijk geweest."