In de regiospecial Noord-Nederland een interview met Ferko Hornyák, Bedrijfsmakelaardij Dijkstra.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 9, 30 september 2022
‘Wij werken met name in Friesland en zo nu en dan in de andere noordelijke provincies. Naast ander commercieel vastgoed, zijn we sterk vertegenwoordigd in bedrijfshallen. De bedrijfsruimtemarkt doet het hier al jaren goed. Het noorden kent een heel solide MKB, en dat is ook tijdens corona goed blijven doordraaien. De markt voor bedrijfshallen is dan ook nauwelijks geraakt door de pandemie. Dat geldt ook voor de kantorenmarkt; mensen zijn hier grotendeels ook gewoon naar kantoor blijven gaan. Bij de detailhandel merk je er meer van.
Er dreigt wel een tekort aan bedrijfshallen te ontstaan, zowel kwantitatief als kwalitatief. Probleem is dat de huren niet meer meebewegen met de stijgende bouwkosten. Nieuwbouwplannen worden daarom in de ijskast gezet. Ontwikkelaars durven het momenteel niet aan; het kan niet meer uit. En daar komen de stikstofproblematiek en de schaarse grondposities nog bij.
Bij gebrek aan nieuwbouw rest de bestaande bouw, en daar staat het MKB voor in de rij. Vooral bedrijfsverzamelgebouwen zijn populair, met ruimtes van 50–100 m². Deze bedrijven willen graag een ruimte kopen, financiering vormt over het algemeen geen probleem, maar er is schaarste. Dat geldt ook voor grotere bedrijfsruimten.
Aan kantoren is eveneens een tekort, maar daar is de schaarste vooral kwalitatief en betreft het huur. De transformatie van kantoren naar woningen heeft de afgelopen jaren geleid tot een afname van het kantorenaanbod. De keuze is daardoor minder geworden. Er is meer dan voldoende animo als je een kwalitatief, duurzaam en relatief nieuw kantoorpand wilt verhuren, dat ook nog aardig is ingericht. Voor degelijke kantoorgebouwen kijken potentiële huurders niet zozeer naar de prijs. Verouderde panden laten ze links liggen.
De detailhandel in de steden in de regio laat een wisselend beeld zien. In Drachten en Sneek zien we heel weinig leegstand op een behoorlijke winkelvoorraad. In Leeuwarden en Heerenveen is dat anders; zelfs op van oudsher goede plekken staan nu winkelpanden leeg. Hoe die verschillen in leegstand zijn ontstaan, is nog onduidelijk.’